3. Lid 2 is van overeenkomstige toepassing op de gezinsleden van een vroegere
grensarbeider of op zijn nabestaanden, indien zij in de in lid 2 bedo
elde periodes recht hadden op verstrekkingen op grond van artikel 18, lid 2, zulks ook indien de grensarbeider voor de pensionering overleden is, mits hij gedurende
twee van de laatste vijf jaar voor zijn overlijden als grensarbeider werkzaamheden al dan niet in loon
...[+++]dienst heeft verricht.
(3) Absatz 2 gilt entsprechend für die Familienangehörigen eines ehemaligen Grenzgängers oder für seine Hinterbliebenen, wenn sie während der in Absatz 2 genannten Zeiträume Anspruch auf Sachleistungen nach Artikel 18 Absatz 2 hatten, und zwar auch dann, wenn der Grenzgänger vor dem Anfall seiner Rente verstorben ist, sofern er in den letzten fünf Jahren vor seinem Tod mindestens zwei Jahre als Grenzgänger eine Beschäftigung oder eine selbstständige Erwerbstätigkeit ausgeübt hat.