In een eerste onderdeel betogen de verzoekende partijen dat de bestreden bepalingen leiden tot een niet-verantwoord verschil in behandeling tussen eigenaars van onroerende goederen, naargelang die onroerende goederen gelegen zijn in een landschap dat volgens de hoofdstukken II en III van het landschapsdecreet wordt beschermd, dan wel in een « ankerplaats » die volgens het bestreden hoofdstuk IV wordt aangeduid, doordat in het eerste geval de eigenaars in de mogelijkheid verkeren hun opmerkingen en bezwaren tijdens een openbaar onderzoek te laten gelden en in het tweede geval niet.
In einem ersten Teil führen die klagenden Parteien an, die angefochtenen Bestimmungen würden zu einem ungerechtfertigten Behandlungsunterschied zwischen Eigentümern von Immobiliargütern führen, je nachdem, ob diese Immobiliargüter sich in einer Landschaft befänden, die gemäss den Kapiteln II und III des Landschaftsdekrets geschützt sei, oder in einem « Kerngebiet », das gemäss dem angefochtenen Kapitel IV ausgewiesen werde, da die Eigentümer im ersten Fall die Möglichkeit hätten, ihre Anmerkungen und Beschwerden während einer öffentlichen Untersuchung geltend zu machen, im zweiten Fall hingegen nicht.