Vertaling van "december 1970 voorziet " (Nederlands → Duits) :

Artikel 74 van de wet van 29 maart 1962, zoals gewijzigd bij artikel 27 van de wet van 22 december 1970, voorziet in een overgangsregeling met betrekking tot het verval van de verkavelingsakkoorden en de verkavelingsvergunningen die dateren van vóór de inwerkingtreding van de wet van 22 december 1970 (zie Parl. St., Senaat, 1968-1969, nr. 559, p. 15).
Artikel 74 des Gesetzes vom 29. März 1962 in der durch Artikel 27 des Gesetzes vom 22. Dezember 1970 abgeänderten Fassung sieht eine Ubergangsregelung bezüglich des Verfalls der Parzellierungsbewilligungen und der Parzellierungsgenehmigungen vor, die aus der Zeit vor dem Inkrafttreten des Gesetzes vom 22. Dezember 1970 stammen (siehe Parl. Dok., Senat, 1968-1969, Nr. 559, S. 15).

Artikel 30, § 1, vierde lid, van de wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het recht van wederafstand waarin artikel 23 van de wet van 17 april 1835 voorziet, niet kan worden aangevoerd wanneer de overheid het doel van algemeen belang niet langer nastreeft of kan nastreven.
Artikel 30 § 1 Absatz 4 des Gesetzes vom 30. Dezember 1970 über den Wirtschaftsaufschwung verstößt gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern das in Artikel 23 des Gesetzes vom 17. April 1835 vorgesehene Retrozessionsrecht nicht geltend gemacht werden kann, wenn die Behörde nicht mehr das gemeinnützige Ziel anstrebt oder anstreben kann.

Volgens de verzoekende partijen omvatten de « bestaande garanties », beschermd bij artikel 16bis, onder meer artikel 5 van de bijzondere wet van 21 juli 1971, dat de « praktische uitvoeringsmaatregelen inzake onderwijs » handhaaft die bestonden vóór 31 december 1970, waaronder een akkoordprotocol van 1 juni 1970, gesloten tussen de Franstalige en Nederlandstalige ministers van Nationale Opvoeding, dat erin voorziet dat het pedagogisch toezicht op de Franstalige scholen in de randgemeenten tot de bevoegdheid van de Franstalige minister van Nationale Opvoeding behoort.
Nach Auffassung der klagenden Parteien umfassten die « bestehenden Garantien », die durch Artikel 16bis geschützt seien, unter anderem Artikel 5 des Sondergesetzes vom 21. Juli 1971, der die « praktischen Ausführungsmassnahmen in Bezug auf das Unterrichtswesen » aufrechterhalte, die vor dem 31. Dezember 1970 bestanden hätten, zu denen ein Vereinbarungsprotokoll vom 1. Juni 1970 gehöre, das zwischen dem französischsprachigen und dem niederländischsprachigen Minister der Nationalen Erziehung geschlossen worden sei und das vorsehe, dass die pädagogische Aufsicht über die französischsprachigen Schulen in den Randgemeinden in den Zuständigkeitsbereich des französischsprachigen Ministers der Nationalen Erziehung falle.

Artikel 74 van de wet van 29 maart 1962, zoals gewijzigd bij artikel 27 van de wet van 22 december 1970, voorziet in een overgangsregeling met betrekking tot het verval van de verkavelingsakkoorden en de verkavelingsvergunningen die dateren van vóór de inwerkingtreding van de wet van 22 december 1970 (zie Parl. St., Senaat, 1968-1969, nr. 559, p. 15).
Artikel 74 des Gesetzes vom 29. März 1962 in der durch Artikel 27 des Gesetzes vom 22. Dezember 1970 abgeänderten Fassung sieht eine bergangsregelung bezüglich des Verfalls der Parzellierungsbewilligungen und der Parzellierungsgenehmigungen vor, die aus der Zeit vor dem Inkrafttreten des Gesetzes vom 22. Dezember 1970 stammen (siehe Parl. Dok., Senat, 1968-1969, Nr. 559, S. 15).