Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest nr. 229.028 van 4 november 2014 in zake Jeannine Wyns tegen het Vlaamse Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 november 2014, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden de artikelen 2, 3°, 2, 4°, en 4 van het voormalige decreet van 4 februari 1997 ' houdende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor kamers en studentenkamers ' de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in die mate dat een leef- en opvanghui
...[+++]s voor (ex-)psychiatrische patiënten als dat van Jeannine Wyns onder genoemd decreet ressorteert, met de gevolgen zoals opgesomd in artikel 4 van het decreet van dien, terwijl instellingen zoals erkende welzijns- en gezondheidsorganisaties niet aan de beperkingen van dit decreet zijn onderworpen omdat het niet op hen van toepassing is ?Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. N
ihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten A. Alen, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Entscheid Nr. 229. 028 vom 4. November 2014 in Sachen Jeannine Wyns gegen die Flämische Region, dessen Ausfertigung am 17. November 2014 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Staatsrat folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstoßen die Artikel 2 Nr. 3 und Nr. 4 u
nd 4 des ehemaligen Dekret ...[+++]s vom 4. Februar 1997 zur Festlegung der Qualitäts- und Sicherheitsnormen für Zimmer und Studentenzimmer gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem auf ein Wohn- und Aufnahmeheim für (ehemalige) psychiatrische Patienten wie dasjenige von Jeannine Wyns das besagte Dekret anwendbar ist, was zu den in Artikel 4 des Dekrets aufgelisteten Folgen führt, während Einrichtungen wie die zugelassenen Organisationen für soziale Hilfeleistung und Gesundheitspflege nicht den Beschränkungen dieses Dekrets unterliegen, weil es auf sie keine Anwendung findet?