Bij een met een deeltjesfilter uitgeruste motor kan controle op ernstige storingen bijvoorbeeld bestaan uit controle op aanzienlijk smelting van het substraat van de deeltjesvanger of een verstopte deeltjesvanger, met een drukverschil tot gevolg dat buiten het door de fabrikant opgegeven bereik valt, elektrische storingen aan een onderdeel (bv. sensors en actuators, doseereenheid) van een deeltjesfilter, storingen, voorzover van toepassing, in het reagensdoseersysteem (bv. verstopte sproeikop, storing aan de doseerpomp).
Unter der Erkennung schwerer Funktionsstörungen versteht man bei einem mit einem Partikelfilter ausgerüsteten Motor z. B. starkes Schmelzen des Filtersubstrats oder einen verstopften Filter, der zu einem Differenzdruck außerhalb der vom Hersteller angegebenen Werte führt, elektrische Störungen eines Bauteils (Sensoren und Aktuatoren, Dosiereinheit usw.) eines Partikelfilters, Versagen eines Reagens-Dosiersystems (z. B. unzureichende Luftzufuhr, verstopfte Düse, Versagen der Dosierpumpe usw.).