Traduction de «defensie-industrie een zeer » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE

Europese Defensie-industrie Groep | EDIG [Abbr.]
Europäischer Rüstungsindustrieverband | EDIG [Abbr.]

defensie-industrie
Rüstungsindustrie | Verteidigungsindustrie

Europese Defensie-Industrie Studie | EDIS [Abbr.]
Studie der europäischen Verteidigungsindustrie | EDIS [Abbr.]

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

De Commissie heeft in 1997 al gewezen op de moeilijkheden waarmee de Europese defensie-industrie wordt geconfronteerd en deed een oproep voor specifieke maatregelen ter versterking van het industriële concurrentievermogen en ter bescherming van de technologische basis ("Tenuitvoerlegging van de strategie van de Unie inzake de defensie-industrie" COM (1997)583).
Bereits 1997 hatte die Kommission auf die Schwierigkeiten der Verteidigungsindustrie hingewiesen und spezifische Maßnahmen zur Stärkung der Wettbewerbsfähigkeit der Branche und zur Erhaltung der technologischen Basis gefordert ("Umsetzung der Unionsstrategie im Bereich der Verteidigungsindustrie" (KOM (1997)583).

Een sterke Europese defensie vraagt om een sterke Europese defensie-industrie.
Eine starke europäische Verteidigung setzt eine starke europäische Verteidigungsindustrie voraus.

46. herinnert aan het belang van onderzoek en innovatie in de sector van defensie en veiligheid en onderstreept het belang van het onderzoeksprogramma Horizon 2020, in het bijzonder van de zevende maatschappelijke uitdaging "Een veilige samenleving: de vrijheid en veiligheid van Europa en haar burgers beschermen"; onderstreept dat multinationale samenwerking tussen de lidstaten en hun respectieve agentschappen op dit gebied moet worden bevorderd; onderkent dat innovatieonderzoek voor de defensie-industrie een zeer vertrouwelijk karakter heeft en acht het daarom absoluut noodzakelijk dit onderzoek te financieren op een manier die aan de behoeften beantwoordt; meent dat in dit verband moet worden overwogen om binnen het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek een instituut voor Europese veiligheid en defensie op te richten;
46. weist erneut auf die große Bedeutung von Forschung und Innovation im Verteidigungs- und Sicherheitssektor und des Forschungsprogramms „Horizont 2020“ hin; verweist insbesondere auf den Stellenwert der siebten gesellschaftlichen Herausforderung, die sich dem Thema „Sichere Gesellschaften – Schutz der Freiheit und Sicherheit Europas und seiner Bürger“ widmet; unterstreicht die Bedeutung einer Stärkung der multinationalen Zusammenarbeit zwischen den Mitgliedstaaten und ihren jeweiligen Agenturen in diesem Bereich; ist der Auffassung, dass die Finanzierung dieser Forschung angesichts der hohen Vertraulichkeit der innovativen Forschung im Bereich der Verteidigungsindustrie unbedingt bedarfsorientiert erfolgen muss; ist daher der Meinung, dass die Einrichtung eines Europäischen Instituts für Verteidigung und Sicherheit im Rahmen der Gemeinsamen Forschungsstelle erwogen werden sollte;

24. herinnert aan het belang van onderzoek en innovatie in de sector van defensie en veiligheid en onderstreept het belang van het onderzoeksprogramma Horizon 2020, in het bijzonder van de zevende maatschappelijke uitdaging "Een veilige samenleving: de vrijheid en veiligheid van Europa en haar burgers beschermen"; onderstreept dat multinationale samenwerking tussen de lidstaten en hun respectieve agentschappen op het terrein moet worden bevorderd; onderkent dat innovatieonderzoek voor de defensie-industrie een zeer vertrouwelijk karakter heeft en acht het daarom absoluut noodzakelijk dit onderzoek te financieren op een manier die aan de behoeften beantwoordt; meent dat in dit verband moet worden overwogen om binnen het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek een instituut voor Europese veiligheid en defensie op te richten;
24. weist erneut auf die Bedeutung von Forschung und Innovation im Verteidigungs- und Sicherheitssektor hin und unterstreicht die Bedeutung des Forschungsprogramms „Horizont 2020“ sowie insbesondere der siebten gesellschaftlichen Herausforderung, die sich dem Thema „Sichere Gesellschaften – Schutz der Freiheit und Sicherheit Europas und seiner Bürger“ widmet; unterstreicht die Bedeutung einer Stärkung der multinationalen Zusammenarbeit zwischen den Mitgliedstaaten und ihren jeweiligen Agenturen in diesem Bereich; ist der Auffassung, dass die Finanzierung dieser Forschung angesichts der hohen Vertraulichkeit der innovativen Forschung im Bereich der Verteidigungsindustrie unbedingt bedarfsbedingt erfolgen muss; ist daher der Meinung, dass die Möglichkeit der Einrichtung eines Instituts für Verteidigung und Sicherheit im Rahmen der Gemeinsamen Forschungsstelle erwägt werden sollte;

46. herinnert aan het belang van onderzoek en innovatie in de sector van defensie en veiligheid en onderstreept het belang van het onderzoeksprogramma Horizon 2020, in het bijzonder van de zevende maatschappelijke uitdaging „Een veilige samenleving: de vrijheid en veiligheid van Europa en haar burgers beschermen”; onderstreept dat multinationale samenwerking tussen de lidstaten en hun respectieve agentschappen op dit gebied moet worden bevorderd; onderkent dat innovatieonderzoek voor de defensie-industrie een zeer vertrouwelijk karakter heeft en acht het daarom absoluut noodzakelijk dit onderzoek te financieren op een manier die aan de behoeften beantwoordt; meent dat in dit verband moet worden overwogen om binnen het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek een instituut voor Europese veiligheid en defensie op te richten;
46. weist erneut auf die große Bedeutung von Forschung und Innovation im Verteidigungs- und Sicherheitssektor und des Forschungsprogramms „Horizont 2020“ hin; verweist insbesondere auf den Stellenwert der siebten gesellschaftlichen Herausforderung, die sich dem Thema „Sichere Gesellschaften – Schutz der Freiheit und Sicherheit Europas und seiner Bürger“ widmet; unterstreicht die Bedeutung einer Stärkung der multinationalen Zusammenarbeit zwischen den Mitgliedstaaten und ihren jeweiligen Agenturen in diesem Bereich; ist der Auffassung, dass die Finanzierung dieser Forschung angesichts der hohen Vertraulichkeit der innovativen Forschung im Bereich der Verteidigungsindustrie unbedingt bedarfsorientiert erfolgen muss; ist daher der Meinung, dass die Einrichtung eines Europäischen Instituts für Verteidigung und Sicherheit im Rahmen der Gemeinsamen Forschungsstelle erwogen werden sollte;

8. wijst erop dat teneinde de Europese defensie en technologische innovatie te versterken en aanzienlijke bezuinigingen te realiseren, Europa schaalvoordelen moet creëren en een gemeenschappelijke EU-markt voor overheidsopdrachten op defensiegebied tot stand moet brengen, mede om een moderne, geïntegreerde en concurrerende Europese defensie-industrie te bevorderen; wijst erop dat de regels inzake de interne markt volledig zouden moeten worden benut door middel van meer grensoverschrijdende samenwerking, teneinde de voortschrijdende versnippering van de Europese defensie- en veiligheidssector tegen te gaan, die leidt tot overlapping van programma's inzake defensiemateriaal en een gebrek aan transparantie over de betrekkingen tussen nationale defensie-overheden en de defensie-industrie; spoort de lidstaten aan om nationale voorschriften die niet voldoen aan de Richtlijnen 2009/43/EG en 2009/81/EG en die een belemmering vormen voor de interne markt voor overheidsopdrachten op defensiegebied, te schrappen en Richtlijn 2009/81/EG over aanbestedingen op defensie- en veiligheidsgebied en Richtlijn 2009/43/EG over de overdracht van defensie-gerelateerde producten, correct om te zetten en toe te zien op de naleving ervan; verzoekt de Commissie specifieke maatregelen te nemen om te waarborgen dat de richtlijnen correct worden toegepast en om de nationale omzettingsprocedures te controleren en te monitoren, teneinde verstoringen van de markt te voorkomen;
8. weist darauf hin, dass Europa zur Stärkung der europäischen Verteidigung, zur Förderung des technologischen Fortschritts, zur Erzielung deutlicher Einsparungen sowie zur Förderung einer modernen, integrierten und wettbewerbsfähigen europäischen Verteidigungsindustrie Größenvorteile erzielen und einen gemeinsamen europäischen Markt für die Vergabe von Aufträgen im Bereich der Verteidigung schaffen muss; hebt hervor, dass die Regeln des Binnenmarkts durch eine engere grenzübergreifende Zusammenarbeit voll ausgeschöpft werden sollten, um der fortlaufenden Zersplitterung des europäischen Verteidigungs- und Sicherheitssektors entgegenzuwirken, die zu der Verdopplung von Verteidigungsgüterprogrammen und zu fehlender Transparenz hinsichtlich der Beziehungen zwischen nationalen Verteidigungsverwaltungen und der Verteidigungsindustrie führt; fordert die Mitgliedstaaten mit Nachdruck auf, nationale Vorschriften, die nicht mit den Richtlinien 2009/43/EG und 2009/81/EG vereinbar sind und den Binnenmarkt für Aufträge im Bereich der Verteidigung beeinträchtigen, abzuschaffen und die Richtlinie 2009/81/EG über die Vergabe von Aufträgen in den Bereichen Verteidigung und Sicherheit und die Richtlinie 2009/43/EG über die Verbringung von Verteidigungsgütern ordnungsgemäß umzusetzen und durchzuführen; fordert die Kommission auf, spezifische Maßnahmen zu ergreifen, um die ordnungsgemäße Anwendung der Richtlinien zu gewährleisten, und die Umsetzung durch die Mitgliedstaaten zu überprüfen und zu überwachen, um Marktverzerrungen vorzubeugen;

Code samenvatting: Ondernemingen / Industrie / Industriële sectoren / Defensie-industrie
Code Zusammenfassung: Unternehmen / Industrie / Wirtschaftszweige / Verteidigungsindustrie

7. merkt op dat het ontbreken van een communautair beleid inzake de defensie-industrie tot een aanzienlijke versplintering van de defensiemarkt voor wat betreft vraag en aanbod, regelgeving en normen; erkent dat een communautair beleid inzake de defensie-industrie economische voordelen zou opleveren, de rol van de Europese Unie op wereldniveau kan versterken en de ervoor kan zorgen dat Europa haar technologische capaciteiten behoudt, zonder daarom het specifieke karakter van elke lidstaat te negeren; meent daarom dat een Europees beleid inzake de defensie-industrie meerdimensionale samenwerking zou moeten aanmoedigen, tot voordeel van de EU, door de voornaamste doelstellingen van de industrie uit te tekenen, de relatieve voordelen en strategische industriesectoren in kaart te brengen en de ondersteunende rol van het Europees Defensieagentschap (EDA) – kernspeler bij de uittekening van een Europees industrieel beleid – en de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) voor wat samenwerking tussen de lidstaten betreft, te benadrukken; erkent voorts dat het hoofddoel 2030 inzake de defensie-industrie moet bijdragen tot de coördinatie van het defensiebeleid van de lidstaten; merkt op dat grensoverschrijdende en trans-Atlantische industriële samenwerking de toegang tot nieuwe technologieën en de ontwikkeling van geavanceerde producten kan bevorderen en een stimulans kan vormen om naar doeltreffende maatregelen te zoeken ter vermindering van de kosten en ter verkorting van de productiecyclus; wijst erop dat een communautaire defensie-industrie op nationale basis als gevolg van de financiële crisis niet levensvatbaar is, en dat een verdere consolidatie van de EU-defensie-industrie tot lagere defensiebegrotingen zal leiden;
7. stellt fest, dass der Verteidigungsmarkt sich in Bezug auf Angebot und Nachfrage, Regeln, und Standards erheblich zersplittert hat, weil es keine gemeinsame Politik im Bereich der Verteidigungsindustrie gibt; erkennt an, dass eine gemeinsame Politik im Bereich der Verteidigungsindustrie wirtschaftlich zwar Sinn macht, um die Rolle der Europäischen Union in der Welt zu stärken und das technische Potenzial Europas aufrechtzuerhalten, wobei gleichzeitig aber die Besonderheiten der einzelnen Mitgliedstaaten anerkannt werden müssen; vertritt daher die Auffassung, dass die europäische Politik im Bereich der Verteidigungsindustrie die multidimensionale Zusammenarbeit zum Vorteil der EU fördern sollte und dabei die wichtigsten industriellen Ziele genannt, die komparativen Vorteile und die strategischen Industriebereiche zugeordnet werden müssen und dabei die Rolle der Organe der Europäischen Verteidigungsagentur (EDA), wesentlicher Akteur bei der Festlegung einer europäischen Politik im Bereich der Verteidigungsindustrie, und der Organisation des Nordatlantikvertrags (NATO) bei der Unterstützung der Zusammenarbeit zwischen den Mitgliedstaaten hervorgehoben werden sollte; hält es darüber hinaus für notwendig, dass das Planziel 2030 im Bereich der Verteidigungsindustrie zur Koordinierung der Verteidigungspolitiken der Mitgliedstaaten beiträgt; stellt fest, dass die grenzüberschreitende und transatlantische industrielle Zusammenarbeit den Zugang zu neuen Technologien erleichtern, eine fortschrittliche Produktentwicklung fördern und einen Anreiz bieten kann, wirksame Maßnahmen zur Senkung der Kosten und zur Verkürzung des Produktionszyklus zu finden; stellt fest, dass infolge der Finanzkrise keine EU-Verteidigungsindustrie auf nationaler Ebene überlebensfähig ist, und dass eine weitere Konsolidierung der EU-Verteidigungsindustrie zu Kürzungen in den Verteidigungshaushalten führen wird;

Het versterken van de interne markt van de EU voor defensie: om te helpen fragmentatie aan te pakken en meer concurrentie in de defensie-industrie zeker te stellen, zal de Commissie stappen ondernemen om de EU-wijde concurrentie voor aanbestedingscontracten voor defensie te verbeteren.
Ausbau des EU-Binnenmarkts für Verteidigungsgüter: Um der Marktfragmentierung entgegenzuwirken und einen stärkeren Wettbewerb in der Verteidigungsbranche sicherzustellen, wird die Kommission Schritte unternehmen, um den EU-weiten Wettbewerb um Lieferaufträge für Verteidigungsgüter zu verbessern.

Om toezicht te kunnen houden op de economische situatie van de defensie-industrie in de gehele EU (inclusief de nieuwe lidstaten) en op het vermogen van die industrie om aan de leveringseisen van het EVDB te voldoen, moet de Unie regelmatig toegang hebben tot relevante gegevens.
Zur Überwachung der wirtschaftlichen Lage des industriellen Fundaments der Rüstungsindustrie auf Gemeinschaftsebene (einschließlich der neuen Mitgliedstaaten), wozu auch deren Fähigkeit gehört, dem Versorgungsbedarf im Rahmen der ESVP zu entsprechen, muss die Union regelmäßigen Zugang zu den einschlägigen Informationen haben.