4. merkt op dat een van de hoofdoorzaken van de huidige terreurdreiging in de EU en de Arabische landen het jihadistische extremisme is; onderschrijft de opvatting dat een beleid gericht op deradicalisering en terreurbestrijding niet doeltreffend kan zijn zonder een actieve inbreng van de moslimgemeenschappen in Europa en een dialoog en nauwe samenwerking met moslimlanden buiten Europa;
4. stellt fest, dass einer der Hauptgründe für die gegenwärtige Bedrohung durch den Terror in der EU und den arabischen Staaten der dschihadistische Extremismus ist; teilt die Ansicht, dass eine auf Entradikalisierung und Terrorismusbekämpfung abzielende Politik nur wirkungsvoll sein kann, wenn die islamischen Gemeinschaften in Europa eine aktive Rolle spielen und ein Dialog und eine enge Zusammenarbeit mit den islamischen Staaten außerhalb Europas besteht;