Vertaling van "dergelijke bilaterale geschillen " (Nederlands → Duits) :

151. onderstreept met name dat ervoor moet worden gezorgd dat uitgaande financiële stromen ten minste één keer worden belast, bv. door een bronbelasting of gelijkwaardige maatregelen, om te voorkomen dat winsten de EU onbelast verlaten, en vraagt de Commissie daartoe een wetgevingsvoorstel in te dienen, bv. door een herziening van de moeder-dochterrichtlijn en de richtlijn interest en royalty's; dringt erop aan een systeem in te voeren om ervoor te zorgen dat ter bevestiging een document bij de nationale belastingautoriteiten moet worden ingediend en aan de Commissie moet worden meegedeeld waarmee deze operatie wordt aangetoond, zodat de interne markt wordt beschermd en de band wordt gehandhaafd tussen de plaats waar de winsten worden gemaakt en de economische waarde wordt gegenereerd en de plaats waar deze worden belast; benadrukt dat een dergelijk systeem zorgvuldig moet worden ontworpen teneinde dubbele belastingheffing en geschillen te voorkomen; vraagt de Commissie steun te betuigen voor de door de OESO gepromote multilaterale aanpak van belastingkwesties – die beoogt internationale belastingafspraken te stroomlijnen en ervoor te zorgen dat winsten daar worden belast waar zij gegenereerd worden – en tegelijk de rol van de EU op het internationale toneel te versterken door met één stem te spreken en te werken aan de ontwikkeling van een gemeenschappelijk EU-kader voor bilaterale belastingverdragen en een geleidelijke vervanging van het enorme aantal afzonderlijke bilaterale belastingverdragen door verdragen tussen de EU en derde rechtsgebieden; onderstreept dat dit de meest directe manier zou zijn om "verdragshoppen" tegen te gaan; vraagt de lidstaten in afwachting daarvan onmiddellijk antimisbruikbepalingen op te nemen in hun belastingverdragen, in overeenstemming met de BEPS-voorstellen;
151. betont, dass insbesondere dafür gesorgt werden muss, dass ausgehende Finanzströme mindestens einmal besteuert werden, beispielsweise durch die Erhebung einer Quellensteuer oder vergleichbaren Abgabe, damit Gewinne die EU nicht unversteuert verlassen und fordert die Kommission auf, dazu einen entsprechenden Legislativvorschlag zu unterbreiten, indem sie beispielsweise die Richtlinie über Mutter- und Tochtergesellschaften und die Richtlinie über Zinserträge und Lizenzgebühren überarbeitet; fordert nachdrücklich, dass mit einem entsprechenden System sichergestellt wird, dass den nationalen Steuerbehörden zur Bestätigung dieses Vorgangs ein Belegdokument vorgelegt werden muss, das auch der Kommission übermittelt wird, damit der Binnenmarkt geschützt ist und die Verbindung zwischen dem Ort der Gewinnerzielung bzw. Wertschöpfung und dem Ort der Besteuerung gewahrt bleibt; betont, dass eines solches System gut geplant sein sollte, damit es nicht zu Doppelbesteuerung und Konflikten kommt; unterstützt den multilateralen Ansatz der OECD in Steuerfragen, der auf die Rationalisierung internationaler Steuerregelungen und die Besteuerung von Gewinnen am Ort der Wertschöpfung ausgerichtet ist und fordert die Kommission vor diesem Hintergrund auf, die Position der EU auf der internationalen Bühne zu stärken, indem sie mit einer Stimme spricht, und auf die Erarbeitung eines gemeinsamen EU-Rahmens für bilaterale Abkommen in Steuerangelegenheiten und eine schrittweise Ablösung der vielen einzelnen bilateralen Steuerabkommen durch Abkommen zwischen der EU und Drittstaaten hinzuarbeiten; betont, dass der Praxis des „Treaty Shopping“ damit ganz direkt begegnet werden könnte; fordert die Mitgliedstaaten auf, für die Zwischenzeit gemäß den BEPS-Empfehlungen umgehend Missbrauchsklauseln in ihre Steuerabkommen aufzunehmen;

149. onderstreept met name dat ervoor moet worden gezorgd dat uitgaande financiële stromen ten minste één keer worden belast, bv. door een bronbelasting of gelijkwaardige maatregelen, om te voorkomen dat winsten de EU onbelast verlaten, en vraagt de Commissie daartoe een wetgevingsvoorstel in te dienen, bv. door een herziening van de moeder-dochterrichtlijn en de richtlijn interest en royalty's; dringt erop aan een systeem in te voeren om ervoor te zorgen dat ter bevestiging een document bij de nationale belastingautoriteiten moet worden ingediend en aan de Commissie moet worden meegedeeld waarmee deze operatie wordt aangetoond, zodat de interne markt wordt beschermd en de band wordt gehandhaafd tussen de plaats waar de winsten worden gemaakt en de economische waarde wordt gegenereerd en de plaats waar deze worden belast; benadrukt dat een dergelijk systeem zorgvuldig moet worden ontworpen teneinde dubbele belastingheffing en geschillen te voorkomen; vraagt de Commissie steun te betuigen voor de door de OESO gepromote multilaterale aanpak van belastingkwesties – die beoogt internationale belastingafspraken te stroomlijnen en ervoor te zorgen dat winsten daar worden belast waar zij gegenereerd worden – en tegelijk de rol van de EU op het internationale toneel te versterken door met één stem te spreken en te werken aan de ontwikkeling van een gemeenschappelijk EU-kader voor bilaterale belastingverdragen en een geleidelijke vervanging van het enorme aantal afzonderlijke bilaterale belastingverdragen door verdragen tussen de EU en derde rechtsgebieden; onderstreept dat dit de meest directe manier zou zijn om "verdragshoppen" tegen te gaan; vraagt de lidstaten in afwachting daarvan onmiddellijk antimisbruikbepalingen op te nemen in hun belastingverdragen, in overeenstemming met de BEPS-voorstellen;
149. betont, dass insbesondere dafür gesorgt werden muss, dass ausgehende Finanzströme mindestens einmal besteuert werden, beispielsweise durch die Erhebung einer Quellensteuer oder vergleichbaren Abgabe, damit Gewinne die EU nicht unversteuert verlassen und fordert die Kommission auf, dazu einen entsprechenden Legislativvorschlag zu unterbreiten, indem sie beispielsweise die Richtlinie über Mutter- und Tochtergesellschaften und die Richtlinie über Zinserträge und Lizenzgebühren überarbeitet; fordert nachdrücklich, dass mit einem entsprechenden System sichergestellt wird, dass den nationalen Steuerbehörden zur Bestätigung dieses Vorgangs ein Belegdokument vorgelegt werden muss, das auch der Kommission übermittelt wird, damit der Binnenmarkt geschützt ist und die Verbindung zwischen dem Ort der Gewinnerzielung bzw. Wertschöpfung und dem Ort der Besteuerung gewahrt bleibt; betont, dass eines solches System gut geplant sein sollte, damit es nicht zu Doppelbesteuerung und Konflikten kommt; unterstützt den multilateralen Ansatz der OECD in Steuerfragen, der auf die Rationalisierung internationaler Steuerregelungen und die Besteuerung von Gewinnen am Ort der Wertschöpfung ausgerichtet ist und fordert die Kommission vor diesem Hintergrund auf, die Position der EU auf der internationalen Bühne zu stärken, indem sie mit einer Stimme spricht, und auf die Erarbeitung eines gemeinsamen EU-Rahmens für bilaterale Abkommen in Steuerangelegenheiten und eine schrittweise Ablösung der vielen einzelnen bilateralen Steuerabkommen durch Abkommen zwischen der EU und Drittstaaten hinzuarbeiten; betont, dass der Praxis des „Treaty Shopping“ damit ganz direkt begegnet werden könnte; fordert die Mitgliedstaaten auf, für die Zwischenzeit gemäß den BEPS-Empfehlungen umgehend Missbrauchsklauseln in ihre Steuerabkommen aufzunehmen;

9. benadrukt het feit dat betrekkingen van goed nabuurschap belangrijk zijn als voorwaarde voor regionale stabiliteit en samenwerking en voor een ongehinderd uitbreidingsproces; roept alle betrokken landen daarom op al het mogelijke te doen om de meningsverschillen met hun buren in een vroeg stadium van het uitbreidingsproces bij te leggen; benadrukt echter dat dergelijke bilaterale geschillen door de betrokken partijen moeten worden opgelost; stelt voor dat, als de betrokken partijen er niet in slagen deze geschillen op te lossen, de Europese Unie alles in het werk stelt om tot een oplossing te komen; wijst erop dat, hoewel deze geschillen op zich geen belemmering voor vooruitgang in de richting van toetreding hoeven te vormen, de Europese Unie moet voorkomen dat zij met deze onopgeloste bilaterale geschillen wordt opgezadeld en ernaar moet streven dat deze vóór de toetreding worden opgelost;
9. weist mit Nachdruck darauf hin, dass gutnachbarliche Beziehungen als Grundvoraussetzung für Stabilität und Zusammenarbeit in der Region sowie für einen ungehinderten Erweiterungsprozess sehr wichtig sind; fordert jedes der betroffenen Länder daher auf, alle erdenklichen Anstrengungen zu unternehmen, um die Meinungsverschiedenheiten, die sie mit ihren Nachbarn haben, bereits in einer frühen Phase des Erweiterungsprozesses zu klären; weist jedoch mit Nachdruck darauf hin, dass solche bilateralen Kontroversen von den betroffenen Parteien gelöst werden sollten; schlägt vor, dass die Europäische Union alles in ihrer Macht Stehende tun sollte, um eine Lösung herbeizuführen, wenn die betroffenen Parteien nicht in der Lage sind, diese Konflikte beizulegen; weist darauf hin, dass solche Konflikte an sich zwar kein Hindernis für Fortschritte auf dem Weg zum Beitritt sein dürfen, die Europäische Union es jedoch vermeiden sollte, sich mit solchen offenen bilateralen Konflikten zu belasten, und bemüht sein sollte, vor dem Beitritt eine Lösung herbeizuführen;

8. benadrukt het feit dat betrekkingen van goed nabuurschap belangrijk zijn als voorwaarde voor regionale stabiliteit en samenwerking en voor een ongehinderd uitbreidingsproces; roept alle betrokken landen daarom op al het mogelijke te doen om de meningsverschillen met hun buren in een vroeg stadium van het uitbreidingsproces bij te leggen; benadrukt echter dat dergelijke bilaterale geschillen door de betrokken partijen moeten worden opgelost; stelt voor dat, als de betrokken partijen er niet in slagen deze geschillen op te lossen, de Europese Unie alles in het werk stelt om tot een oplossing te komen; wijst erop dat, hoewel deze geschillen op zich geen belemmering voor vooruitgang in de richting van toetreding hoeven te vormen, de Europese Unie moet voorkomen dat zij met deze onopgeloste bilaterale geschillen wordt opgezadeld en ernaar moet streven dat deze voor de toetreding worden opgelost;
8. weist mit Nachdruck darauf hin, dass gutnachbarliche Beziehungen als Grundvoraussetzung für Stabilität und Zusammenarbeit in der Region sowie für einen ungehinderten Erweiterungsprozess sehr wichtig sind; fordert jedes der betroffenen Länder daher auf, alle erdenklichen Anstrengungen zu unternehmen, um die Meinungsverschiedenheiten, die sie mit ihren Nachbarn haben, bereits in einer frühen Phase des Erweiterungsprozesses zu klären; weist jedoch mit Nachdruck darauf hin, dass solche bilateralen Kontroversen von den betroffenen Parteien gelöst werden sollten; schlägt vor, dass die Europäische Union alles in ihrer Macht Stehende tun sollte, um eine Lösung herbeizuführen, wenn die betroffenen Parteien nicht in der Lage sind, diese Konflikte beizulegen; weist darauf hin, dass solche Konflikte an sich zwar kein Hindernis auf dem Weg zum Beitritt sein dürfen, die Europäische Union es jedoch vermeiden sollte, sich mit solchen offenen bilateralen Konflikten zu belasten, und bemüht sein sollte, vor dem Beitritt eine Lösung herbeizuführen;