De gecoördineerde wetten beogen volgens het Hof niet de mandatarissen die geroepen zijn om zitting te nemen in een collegiaal orgaan, en beschouwen hen niet als diensten in de zin van artikel 1 ervan, behalve in zoverre dergelijke mandatarissen optreden als individuele bestuursautoriteiten.
Die koordinierten Gesetze beträfen gemäss dem Hof nicht die Mandatsträger, die dazu berufen seien, in einem kollegialen Organ zu tagen, und betrachteten sie nicht als Dienste im Sinne ihres Artikels 1, ausser insofern solche Mandatsträger als individuelle Verwaltungsobrigkeiten aufträten.