3. In lid 1 bedoelde investeringen komen voor steun in aanmerking wanneer de betrokken concrete acties overeenkomstig de plannen voor de ontwikkeling van de gemeenten en dorpen in plattelandsgebieden en de gemeentelijke basisdiensten worden uitgevoerd, voor zover dergelijke plannen voorhanden zijn, en dienen consistent te zijn met elke ter zake dienende strategie voor plaatselijke ontwikkeling.
(3) Investitionen gemäß Absatz 1 kommen für eine Förderung in Betracht, wenn die dazugehörigen Vorhaben in Übereinstimmung mit Plänen für die Entwicklung von Gemeinden und Dörfern in ländlichen Gebieten und deren Basisdienstleistungen durchgeführt werden, sofern es solche Pläne gibt, und müssen mit jeder einschlägigen lokalen Entwicklungsstrategie im Einklang stehen.