De in artikel 2, § 3, vermelde personen dienen bij het Ministerie, na elke activiteit i.v.m. de voortdurende vorming, een verslag in met details over de mate waarin de doeleinden van de voortdurende vorming bereikt zijn, over het aantal deelnemers en over de eventuele bemerkingen van de deelnemers.
Die in Artikel 2, § 3 erwähnten Personen reichen nach jeder Weiterbildungsveranstaltung einen Bericht beim Ministerium ein. In diesem Bericht wird auf die Zweckerfüllung der Weiterbildung, die Anzahl Teilnehmer sowie eventuelle Reaktionen der Teilnehmer eingegangen.