E. overwegende dat er geen bewijs is dat duidt op fumus persecutionis , d.w.z. een deugdelijk gemotiveerd vermoeden dat de zaak aanhangig is gemaakt met de bedoeling het lid politieke schade toe te brengen;
E. in der Erwägung, dass keine Anzeichen von fumus persecutionis vorliegen, d. h. ein hinreichend begründeter Verdacht, dass dem Verfahren die Absicht zugrunde liegt, der politischen Tätigkeit des betroffenen Mitglieds zu schaden;