Anderzijds, kan het belang van het feit een magistraat toe te staan kennis te nemen van alle stukken van een dossier in de
taal waarin ze zijn gesteld (Gedr. St., Kamer, 1965-1966, nr. 59/49, p. 27), met vermijding van de termijnen en de uitgaven die gepaard gaan met een beroep op de diensten van vertalers (arti
kelen 30 tot 32 van dezelfde wet), zich enkel, in een gerechtelijk arrondissement als dat van Brussel, doen gevoelen met een voldoende frequentie opdat het niet onredelijk was de tweetaligheid in de bet
wiste verh ...[+++]ouding te eisen.
Andererseits kann das Interesse, einem Magistrat zu erlauben, von allen Aktenstücken in der Sprache Kenntnis zu nehmen, in der sie abgefasst wurden (Parl. Dok., Kammer, 1965-1966, Nr. 59/49, S. 27), unter Vermeidung der Fristen und der Ausgaben, die mit der Inanspruchnahme eines Übersetzers einhergehen (Artikel 30 bis 32 desselben Gesetzes), sich in einem Gerichtsbezirk wie Brüssel nur mit hinreichender Häufigkeit bemerkbar machen, so dass es nicht unangemessen war, die Zweisprachigkeit in dem umstrittenen Verhältnis zu verlangen.