De Ministerraad laat gelden dat de middelen ten aanzien van artikel 357 van het Gerechtelijk Wetboek niet ontvankelijk zouden zijn ratione temporis en dat het middel ten aanzien van artikel 365 van het Gerechtelijk Wetboek om dezelfde redenen gedeeltelijk niet ontvankelijk zou zijn, omdat de beginselen die geleid hebben tot het bestreden onderscheid voortvloeien uit eerdere wetgeving.
Der Ministerrat macht geltend, dass die Klagegründe in bezug auf Artikel 357 des Gerichtsgesetzbuches ratione temporis unzulässig seien und dass der Klagegrund in bezug auf Artikel 365 des Gerichtsgesetzbuches aus den gleichen Gründen teilweise unzulässig sei, da die Grundsätze, die zu dem angeprangerten Unterschied geführt hätten, sich aus einer früheren Gesetzgebung ergäben.