De artikelen 14 en 17 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State schenden niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, noch op zich, noch in samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, in zoverre die artikelen zich niet ertegen verzetten dat de Raad van State, in dezelfde of gedeeltelijk dezelfde zetelsamenstelling, kennis neemt van de zaak ten gronde na kennis te hebben genomen van de vordering tot schorsing.
Die Artikel 14 und 17 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat verletzen nicht die Artikel 10 und 11 der Verfassung, weder an sich noch in Verbindung mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, insoweit sie nicht verhindern, dass der Staatsrat in derselben bzw. teilweise derselben Besetzung zur Hauptsache entscheidet, nachdem er über den Aussetzungsantrag befunden hat.