4. bekrachtigt de conclusies van de eerste evaluatie van de tenuitvoerlegging van de EU-richtsnoeren inzake mensenrechtenorganisaties, die benadrukken dat de situatie met betrekking tot mensenrechtenorganisaties en de omgeving waarin zij werken systematisch geïntegreerd zouden moeten worden in de politieke dialogen en het politieke overleg van de EU met derde landen, met inbegrip van de bilaterale dialogen en het bilaterale overleg welke door de EU-lidstaten worden gevoerd;
4. bekräftigt die Schlussfolgerungen des ersten Berichts über die Anwendung der EU-Leitlinien für Menschenrechtsverteidiger, wonach die Situation der Menschenrechtsverteidiger und die Bedingungen, unter denen sie tätig sind, systematisch in die politischen Dialoge und Konsultationen der Europäischen Union mit Drittstaaten einbezogen werden sollten, einschließlich der von den EU-Mitgliedstaaten geführten bilateralen Dialoge und Konsultationen;