23. wijst erop ervoor dat de externe acties van de EU in de eerste plaats tot doel moeten hebben vrede en verzoening, de mensenrechten en de internationale handel en economische groei te bevorderen, zonder echter de culturele aspecten van diplomatie te verwaarlozen;
23. vertritt die Auffassung, dass der Schwerpunkt der auswärtigen Politik der EU hauptsächlich auf der Förderung von Frieden und Aussöhnung, Menschenrechten, internationalem Handel und Wirtschaftsentwicklung liegen sollte, ohne die kulturellen Aspekte der Diplomatie zu vernachlässigen;