45. wijst op de tendens in de jurisprudentie van het Gerecht van eerste aanleg om klachten van ambtenaren en andere personeelsleden tegen OLAF niet ontvankelijk te verklaren, zolang de betrokken OLAF-o
nderzoeken niet tot disciplinaire maatregelen hebben geleid; wijst erop dat artikel 14 van de OLAF-Verordening uitdrukkelijk in rechterlijk toezicht voorziet op de maatregelen die het Bureau in het kader van een intern onderzoek heeft genomen zonder dat hieraan specifieke voorwaarden worden verbonden; dringt er bij de Commissi
e op aan i ...[+++]n komende procedures voor het Gerecht van eerste aanleg duidelijk onder de aandacht te brengen dat het de bedoeling van de wetgever was om aan de betrokken personen reeds gedurende de periode van onderzoek een betrouwbare bescherming te bieden in het kader van de rechtsstaat; 45. nimmt Kenntnis von einer Tendenz in der Rechtsprechung des Gerichts erster Instanz, Klagen von Beamten und Bediensteten gegen OLAF als unzulässig abzuweisen, solange die betreffenden OLAF-Er
mittlungen nicht zu einer Bestrafung im Rahmen eines Disziplinarverfahrens geführt haben; erinnert daran, dass Artikel 14 der OLAF-Verordnung ausdrücklich eine Kontrolle der Rechtmäßigkeit von Maßnahmen vorsieht, die das Amt im Rahmen einer internen Untersuchung ergriffen hat, ohne dies an bestimmte Voraussetzungen zu knüpfen; fordert die Kommission auf, in künftigen Verfahren vor dem Gericht erster Instanz deutlich zum Ausdruck zu bringen, dass
...[+++] es die Absicht des Gesetzgebers war, den Betroffenen bereits in der Phase der Untersuchung einen zuverlässigen rechtsstaatlichen Schutz zu bieten;