Vertaling van "doch slechts machtiging " (Nederlands → Duits) :

De Vlaamse Regering betwist de ontvankelijkheid van het beroep in de zaak met rolnummer 956 in zoverre het gericht is tegen artikel 15, 2, van de gecoördineerde decreten van 25 januari 1995, zoals gewijzigd bij artikel 8 van het decreet van 22 december 1995, omdat bij de bestreden bepaling de verschillende ambten niet werden opgeheven noch de organisatiestructuur werd vastgesteld, doch slechts machtiging werd verleend aan de gedelegeerd bestuurder om daartoe over te gaan.
Die Flämische Regierung bestreitet die Zulässigkeit der Klage in der Rechtssache mit Geschäftsverzeichnisnummer 956, soweit sie gegen Artikel 15 2 der koordinierten Dekrete vom 25. Januar 1995 in der durch Artikel 8 des Dekrets vom 22. Dezember 1995 abgeänderten Fassung gerichtet ist, und zwar mit der Begründung, dass durch die angefochtene Bestimmung weder die verschiedenen Ämter aufgehoben noch die Organisationsstruktur festgelegt worden sei, sondern nur dem geschäftsführenden Verwaltungsratsmitglied die Ermächtigung erteilt worden sei, dies in die Wege zu leiten.

De bestreden maatregel is niet onevenredig met het beoogde doel, nu de machtiging die de wetgever aan de Koning geeft om de lijst van de militaire ambten die zijn bedoeld op te stellen er niet toe strekt alle of een ruime categorie van militaire ambten te doen aanwijzen, doch slechts die militaire ambten welke vergeleken kunnen worden met ambten bij politie- en inlichtingendiensten.
Die angefochtene Massnahme ist nicht unangemessen im Verhältnis zum angestrebten Ziel, da die dem König durch den Gesetzgeber erteilte Ermächtigung, die Liste der betreffenden militärischen Ämter zu erstellen, nicht darauf ausgerichtet ist, alle oder eine umfassende Kategorie von militärischen Ämtern zu bezeichnen, sondern lediglich jene militärischen Ämter, die mit Ämtern in Polizei- und Nachrichtendiensten vergleichbar sind.

Vervolgens overweegt het Hof dat de gecombineerde toepassing van de artikelen 1, § 1, en 2 van de wet van 29 juni 1975 betreffende de handelsvestigingen tot gevolg heeft dat de exploitant die een handelsactiviteit wenst uit te oefenen op een nettoverkoopoppervlakte van 400 m of minder in een gebouw met een bruto gebouwde oppervlakte van meer dan 600 m, dat dus slechts gedeeltelijk wordt gebruikt, een voorafgaande machtiging behoeft, terwijl de exploitant die een handelsactiviteit wenst uit te oefenen op dezelfde oppervlakte, doch in een gebouw met een bruto gebouwde oppervlakte gelijk aan of kleiner dan 600 m, een dergelijke sociaal-economische machtiging niet nodig heeft.
Des weiteren erwägt der Hof, dass die kombinierte Anwendung der Artikel 1 § 1 und 2 des Gesetzes vom 29. Juni 1975 über die Handelsniederlassungen dazu führt, dass der Betreiber, der eine Handelstätigkeit ausüben möchte auf einer Nettoverkaufsfläche von 400 m oder weniger in einem Gebäude mit einer brutto bebauten Fläche von mehr als 600 m, das also nur teilweise gebraucht wird, eine vorhergehende Genehmigung braucht, während der Betreiber, der eine Handelstätigkeit ausüben möchte auf der gleichen Fläche, die sich aber in einem Gebäude mit einer brutto bebauten Fläche befindet, die gleich oder kleiner als 600 m ist, eine solche sozialwirtschaftliche Genehmigung nicht braucht.