11. wijst op het potentieel van de ultraperifere regio’s, die integraal deel uitmaken van de mondiale dimensie van de strategie voor het Atlantisch gebied, als laboratoria voor het duurzame beheer van de oceanen, zeeën en kustregio’s; benadrukt dat de ligging van deze regio’s een uitge
lezen kans biedt om actie te ondernemen ten aanzien van de exploratie van en proeven met mariene
energie, de strijd tegen de klimaatverandering, voedselzekerheid, de bescherming van de biodiversiteit, de bevordering van aquacultuur en de exploratie van
...[+++]biotechnologie en mijnbouw; vraagt daarom dat bij de ontwikkeling van het vervoer over zee en het luchtvervoer rekening wordt gehouden met de ultraperifere regio’s, gezien de specifieke kenmerken van die regio’s; 11. hebt die Leistungsfähigkeit der Regionen in äußerster Randlage, die integraler Bestandteil der globalen Dimension der atlantischen Strategie sind, als Testgebiete für die nachhaltige Bewirtschaftung der Ozeane, Meere und Küstengebiete hervor; unterstreicht, dass deren Standort Möglichkeiten für die Gewinnung und Erprobung auf dem Gebiet der Meer
esenergie, im Kampf gegen den Klimawandel, bei der Ernährungssicherung, dem Schutz der biologischen Vielfalt, der Förderung der Aquakultur, der Nutzung von Biotechnologien und dem Abbau von Erzen bietet; fordert daher, dass die Regionen in äußerster Randlage in Anbetracht ihrer besonderen Me
...[+++]rkmale bei der Entwicklung des See- und Luftverkehrs berücksichtigt werden;