Overwegende dat artikel 234 het Hof van Justitie de bevoegdheid geeft bij wijze van prejudiciële beslissi
ng een uitspraak te doen over de uitlegging van het Gemeenschapsrecht en over de geldigheid van de handelingen van de instellingen van de Gemeenschap, maar dat artikel 68, lid 1 de mogelijkheid beperkt o
m voor prejudiciële beslissingen betreffende maatregelen die gebaseerd zijn op Titel IV van het Verdrag (visa, asiel, immigratie en andere beleidsterreinen die verband h
...[+++]ouden met het vrije verkeer van personen) te verwijzen naar een nationale rechterlijke instantie "waarvan de beslissingen volgens het nationaal recht niet vatbaar zijn voor hoger beroep".
Während Artikel 234 den Gerichtshof ermächtigt, im Wege der Vorabentscheidung über die Auslegung des Gemeinschaftsrechts und die Gültigkeit der Handlungen der Organe der Gemeinschaft zu entscheiden, schränkt Artikel 68 Absatz 1 die Möglichkeit ein, Vorabentscheidungsersuchen im Zusammenhang mit Maßnahmen auf der Grundlage von Titel IV des EG-Vertrags (Visa, Asyl, Einwanderung und andere Politiken betreffend den freien Personenverkehr) an die Gerichte zu richten, „gegen deren Entscheidungen selbst nicht mehr mit Rechtsmitteln des innerstaatlichen Rechts angefochten werden“ kann.