Artikel 34, § 3, van de wet van 1 augustus 1985 schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het een verschil in behandeling doet ontstaan tussen de slachtoffers van een opzettelijke gewelddaad naargelang zij de daders vervolgen met het oog op hun schadeloosstelling op basis van de algemene schadeloosstellingsbeginselen die voortvloeien uit de artikelen 1382 en volgende van het Burgerlijk Wetboek of op basis van artikel 34, § 3, van de wet van 1 augustus 1985.
Artikel 34 § 3 des Gesetzes vom 1. August 1985 verletze die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er einen Behandlungsunterschied schaffe zwischen den Opfern einer vorsätzlichen Gewalttat je nachdem, ob sie die Täter verfolgen würden mit der Absicht, auf der Grundlage der allgemeinen aus den Artikeln 1382 ff. des Zivilgesetzbuches sich ergebenden Entschädigungsgrundsätze oder auf der Grundlage von Artikel 34 § 3 des Gesetzes vom 1. August 1985 entschädigt zu werden.