Tenzij de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst redenen heeft om te twijfelen aan de deugdelijkheid van de administratieve structuur of van de financiële positie van een kredietinstelling, doet zij binnen drie maanden na ontvangst van alle gegevens, mededeling van deze gegevens aan de bevoegde autoriteit van de lidstaat van ontvangst die overeenkomstig artikel 79, lid 1, als contactpunt is aangewezen en stelt zij de betrokken kredietinstelling hiervan in kennis.
Sofern die zuständige Behörde des Herkunftsmitgliedstaats keinen Grund hat, die Angemessenheit der Verwaltungsstrukturen oder der Finanzlage des Kreditinstituts anzuzweifeln, übermittelt es die Angaben innerhalb von drei Monaten nach Eingang sämtlicher Angaben der gemäß Artikel 79 Absatz 1 als Kontaktstelle benannten zuständigen Behörde des Aufnahmemitgliedstaats und teilt dies dem betreffenden Kreditinstitut mit.