De optionele bepaling van artikel 21, lid 3, die de lidstaten de mogelijkheid biedt de verblijfstitel van een vluchteling op wie de uitzonderingen op het beginsel van non-refoulement opgesomd in lid 2, van toepassing zijn, in te trekken, te beëindigen of weigeren te verlengen of te verstrekken, is door een klein aantal lidstaten omgezet (EE, ES, FI, LV, LT, UK).
Die fakultative Bestimmung in Artikel 21 Absatz 3, welche es den Mitgliedstaaten ermöglicht, den einem Flüchtling erteilten Aufenthaltstitel zu widerrufen, zu beenden oder seine Verlängerung bzw. die Erteilung eines Aufenthaltstitels abzulehnen, wenn die in Artikel 21 Absatz 2 aufgelisteten Ausnahmen von dem Grundsatz der Nichtzurückweisung Anwendung finden, wurde nur von wenigen Mitgliedstaaten umgesetzt (EE, ES, FI, LV, LT, UK).