Gewezen moet worden op artikel 14, lid 9 van de verordening, waarin wordt be
paald dat: “Wanneer specifieke communautaire bepalingen ontbreken, worden levensmiddelen veilig geacht wanneer zij voldoe
n aan de specifieke bepalingen van de nationale levensmiddelenwetgeving van de lidstaat op het grondgebied waarvan de levensmiddelen in de ha
ndel zijn gebracht, voor zover die bepalingen worden vastgesteld en toegepast onverminderd het Ve
...[+++]rdrag, in het bijzonder de artikelen 28 en 30”.
Es ist anzumerken, dass Artikel 14 Absatz 9 der Verordnung Folgendes besagt: „Fehlen spezifische Bestimmungen der Gemeinschaft, so gelten Lebensmittel als sicher, wenn sie mit den entsprechenden Bestimmungen des nationalen Lebensmittelrechts des Mitgliedstaats, in dessen Hoheitsgebiet sie vermarktet werden, in Einklang stehen, sofern diese Bestimmungen unbeschadet des Vertrags, insbesondere der Artikel 28 und 30, erlassen und angewandt werden.“