6. is van mening dat de scherp stijgende vraag naar grondstoffen, basisproducten en diensten als gevolg van de groei in de ontwikkelingslanden een inflatiedruk op de economie van de EU-landen kan leggen die tot dusverre teniet werd gedaan door hun bijdrage aan de stijging van het mondiale aanbod; is van mening dat er door de EU-landen anti-inflationaire economische beleidsinstrumenten, met een strategie gericht op technologische groei en een kader voor eventuele macro-economische aanpassing en verbeterde coördinatie, dienen te worden ontwikkeld om dit probleem aan te pakken;
6. ist der Auffassung, dass Nachfrageschübe bei natürlichen Vorkommen, Grunderzeugnissen und Dienstleistungen infolge des Wachstums der Volkswirtschaften in den Schwellenländern inflationären Druck auf die Volkswirtschaften der EU-Mitgliedstaaten ausüben kann, der bisher durch ihren Beitrag zum Anstieg des globalen Angebots wettgemacht wurde; ist der Auffassung, dass die EU-Mitgliedstaaten, um dieses Problem anzugehen, antiinflationäre wirtschaftspolitische Instrumente mit Strategien des technologischen Wachstums und einen Rahmen für mögliche makroökonomische Anpassungen und verbesserte Koordination vorbereiten sollten;
