1. Een persoon die naar het inzicht van een lidstaat namens of onder leiding van een bank of financiële instelling van de DVK werkt, wordt door die lidstaat overeenkomstig het toepasselijk nationaal en internationaal recht verwijderd van het grondgebied van die lidstaat met het oog op repatriëring naar de staat van nationaliteit van de betrokkene.
(1) Stellt ein Mitgliedstaat fest, dass eine Person im Namen oder auf Anweisung einer Bank oder Finanzinstitution der DVRK handelt, so weist der Mitgliedstaat die Person zum Zwecke der Repatriierung in den Staat ihrer Staatsangehörigkeit aus seinem Hoheitsgebiet aus, im Einklang mit dem anwendbaren Recht.