Het vierde middel is gericht tegen artikel 101, 3°, van de wet van 25 april 2007 en is afgeleid uit de schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat het de verhuurder verplicht tot alle herstellingen, andere dan de huurherstellingen, die door de Koning bij koninklijk besluit worden vastgesteld en een dwingend karakter hebben, terwijl de huurherstellingen voor de andere huurstelsels van aanvullend recht zijn en voor dat verschil in behandeling geen objectieve en redelijke verantwoording zou bestaan.
Der vierte Klagegrund ist gegen Artikel 101 Nr. 3 des Gesetzes vom 25. April 2007 gerichtet und abgeleitet aus einem Verstoss gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern er den Vermieter zu allen anderen Reparaturen als den Mietreparaturen verpflichte, die durch den König durch einen königlichen Erlass definiert würden und zwingend gelten würden, während die Mietreparaturen dem subsidiären Recht unterlägen für die anderen Mietsysteme und es keine objektive und vernünftige Rechtfertigung für diesen Behandlungsunterschied gebe.