5. Als de ECB van mening is dat de bevoegde autoriteit van een betrokken lidstaat ten aanzien van een kredietinstelling, een financiële holding of een gemengde financiële holding een maatregel in verband met de in lid 1 bedoelde taken moet nemen, richt zij daartoe een verzoek tot die autoriteit, waarin zij het toepasselijke tijdsbestek aangeeft.
5. Vertritt die EZB die Auffassung, dass die zuständige Behörde eines Mitgliedstaats in Bezug auf ein Kreditinstitut, eine Finanzholdinggesellschaft oder eine gemischte Finanzholdinggesellschaft eine Maßnahme im Zusammenhang mit den in Absatz 1 genannten Aufgaben ergreifen soll, richtet sie eine Aufforderung an diese Behörde, in der ein entsprechender Zeitrahmen vorgegeben wird.