Overeenkomstig de doelstellingen die aan dit ontwerp voor een herziening zijn toegekend, dient artikel 110, lid 1, van het voorstel voor een verordening het volgende te bepalen, net zoals artikel 56 van Richtlijn 2014/24/EU: „Aanbestedende diensten kunnen besluiten een opdracht niet te gunnen aan de
inschrijver die de economisch meest voordelige inschrijving heeft ingediend, wanneer zij hebben vastgesteld dat de inschrijving niet voldoet aan het toepasselijke milieu-, sociaal- en arbeidsrecht uit hoofde van het Unierecht, nationale recht of collectieve arbeidsovereenkomsten of uit hoofde van de in bijlage X bij Richtlijn 2014/24/EU verme
...[+++]lde bepalingen van internationaal milieu-, sociaal en arbeidsrecht”.Entsprechend den Zielen dieses Reformvorhabens sollte Artikel 110 Absatz 1 des Verordnungsvorschlags ähnlich der Bestimmung in Artikel 56 der Richtlinie 2014/24/EU folgende Formulierung enthalten: „Ein öffentlicher Auftraggeber kann entscheiden, einen Auftrag nicht an den Bieter mit dem wirtsc
haftlich günstigsten Angebot zu vergeben, wenn er festgestellt hat, dass das Angebot den anwendbaren umwelt-, sozial- und arbeitsrechtlichen Verpflichtungen, die durch die Rechtsvorschriften der Union, nationale Rechtsvorschriften, Tarifverträge oder die in Anhang X der Richtlinie 2014/24/EU aufgeführten internationalen umwelt-, sozial- und arbeitsr
...[+++]echtlichen Vorschriften festgelegt sind, nicht genügt.“