Vertaling van "eenieder geboden jurisdictionele " (Nederlands → Duits) :

Zodat aan de adressaten van de artikelen 133, 136 en 138 van de wet van 22 februari 1998 houdende sociale bepalingen op een willekeurige manier, bij ontstentenis van behoorlijk verantwoorde en toelaatbare uitzonderlijke omstandigheden, de aan eenieder geboden jurisdictionele waarborgen worden ontzegd en zij aldus het slachtoffer zijn van de schending van grondwettelijke bepalingen, van rechtstreeks van toepassing zijnde bepalingen van internationaal recht en van de in het middel aangevoerde beginselen, waarbij zij aldus in een ongelijke situatie ten opzichte van de andere burgers worden geplaatst, met schending van onder meer de artikelen 10 en 11 van de Grondwet».
So dass den Personen, auf die die Artikel 133, 136 und 138 des Gesetzes vom 22. Februar 1998 zur Festlegung sozialer Bestimmungen Anwendung finden, in Ermangelung von ordnungsgemäss gerechtfertigten und annehmbaren aussergewöhnlichen Umständen willkürlich die jeder Person gebotenen gerichtlichen Garantien vorenthalten werden und sie somit Opfer des Verstosses gegen Verfassungsbestimmungen, gegen direkt anwendbare Bestimmungen des internationalen Rechts und die im Klagegrund angeführten Grundsätze werden, wodurch sie in eine ungleiche Lage im Vergleich zu den anderen Bürgern gebracht werden, dies unter Missachtung unter anderem der Artikel 10 und 11 der Verfassung».

Zodat, tot slot, artikel 7, 1°, van de wet van 12 december 1997, door te beweren in die juridische en feitelijke omstandigheden met ingang op de datum van de inwerkingtreding ervan het koninklijk besluit van 16 april 1997, dat overigens door onwettigheid is aangetast, te bekrachtigen, ten nadele van de categorie van burgers die is beoogd in dat koninklijk besluit van 16 april 1997, afbreuk doet aan de juridische en jurisdictionele waarborgen die aan eenieder worden geboden en aldus de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, gelezen in samenhang met de bepalingen van nationaal en internationaal recht alsmede de beginselen die in het middel zijn vermeld, schendt».
so dass schliesslich unter dem Vorwand, unter diesen rechtlichen und faktischen Umständen mit Wirkung vom Datum seines Inkrafttretens den königlichen Erlass vom 16. April 1997, der im übrigen mit Gesetzwidrigkeit behaftet ist, zu bestätigen, Artikel 7 Nr. 1 des Gesetzes vom 12. Dezember 1997 zum Nachteil der in dem besagten königlichen Erlass vom 16. April 1997 vorgesehenen Kategorie von Bürgern gegen die allen gebotenen rechtlichen und gerichtlichen Garantien verstösst und somit die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Bestimmungen des nationalen und internationalen Rechtes sowie den im Klagegrund angeführten Grundsätzen verletzt ».

Zodat, tot slot, artikel 7, 1°, van de wet van 12 december 1997, door te beweren in die juridische en feitelijke omstandigheden met ingang op de datum van de inwerkingtreding ervan het koninklijk besluit van 16 april 1997, dat overigens door onwettigheid is aangetast, te bekrachtigen, ten nadele van de categorie van personen die zijn beoogd in dat koninklijk besluit van 16 april 1997, afbreuk doet aan de juridische en jurisdictionele waarborgen die aan eenieder worden geboden en aldus de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, gelezen in samenhang met de bepalingen van nationaal en internationaal recht alsmede de beginselen die in het middel zijn vermeld, schendt».
so dass schliesslich Artikel 7 Nr. 1 des Gesetzes vom 12. Dezember 1997, indem er vorgibt, unter diesen rechtlichen und faktischen Umständen mit Wirkung vom Datum seines Inkrafttretens den im übrigen mit Gesetzwidrigkeit behafteten königlichen Erlass vom 16. April 1997 zu bestätigen, zum Nachteil der in dem besagten königlichen Erlass vom 16. April 1997 vorgesehenen Kategorie von Personen die allen Bürgern gebotenen rechtlichen und gerichtlichen Garantien verletzt und somit diesbezüglich gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit den Bestimmungen des nationalen und internationalen Rechts sowie den im Klagegrund angeführten Grundsätzen verstösst ».

Zodat, tot slot, artikel 7, 1°, van de wet van 12 december 1997, door te beweren in die omstandigheden met ingang op de datum van de inwerkingtreding ervan het koninklijk besluit van 16 april 1997, dat door onwettigheid is aangetast, te bekrachtigen, ten nadele van de farmaceutische bedrijven die zijn beoogd in dat koninklijk besluit, afbreuk doet aan de juridische en jurisdictionele waarborgen die aan eenieder worden geboden en aldus de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, gelezen in samenhang met de bepalingen van nationaal en internationaal recht alsmede de beginselen die in het middel zijn vermeld, schendt».
so dass schliesslich Artikel 7 Nr. 1 des Gesetzes vom 12. Dezember 1997, indem er vorgibt, unter diesen rechtlichen und faktischen Umständen und mit Wirkung vom Datum seines Inkrafttretens den mit Gesetzwidrigkeit behafteten königlichen Erlass vom 16. April 1997 zu bestätigen, zum Nachteil der in dem besagten königlichen Erlass genannten pharmazeutischen Firmen gegen die allen gebotenen rechtlichen und gerichtlichen Garantien verstösst und somit die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit den nationalen und internationalen Bestimmungen sowie mit den im Klagegrund angeführten Grundsätzen verletzt ».

Zodat, tot slot, artikel 7, 1°, van de wet van 12 december 1997, door te beweren in die omstandigheden en met terugwerkende kracht met ingang op de datum van de inwerkingtreding ervan het koninklijk besluit van 16 april 1997, dat door onwettigheid is aangetast, te bekrachtigen, ten nadele van de farmaceutische bedrijven die zijn beoogd in dat koninklijk besluit, afbreuk doet aan de jurisdictionele waarborgen die aan eenieder worden geboden en aldus de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, gelezen in samenhang met de bepalingen van nationaal en internationaal recht alsmede de beginselen die in het middel zijn vermeld, schendt».
so dass schliesslich Artikel 7 Nr. 1 des Gesetzes vom 12. Dezember 1997, indem er vorgibt, unter diesen Umständen und mit rückwirkender Kraft ab dem Datum seines Inkrafttretens den mit Gesetzwidrigkeit behafteten königlichen Erlass vom 16. April 1997 zu bestätigen, zum Nachteil der in dem besagten königlichen Erlass genannten pharmazeutischen Firmen gegen die allen gebotenen Rechtsprechungsgarantien verstösst und somit die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit den nationalen und internationalen Bestimmungen sowie den im Klagegrund angeführten Grundsätzen verletzt ».