Deze controle heeft in het bijzonder betrekking op het onderzoekswerk van het Bureau dat de beginselen dient te eerbiedigen die voortvloeien uit het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en zijn overgenomen in de tiende overweging van de Verordeningen (EG) nr. 1073/1999 en (Euratom) nr. 1074/1999 en in het dispositief van genoemde verordeningen (artikel 4, lid 6), die zijn overgenomen in individuele besluiten van de instellingen, organen en instanties.
Die interne Kontrolle betrifft in erster Linie die Untersuchungstätigkeit des Amtes. Diese muss den Grundsätzen genügen, die sich aus der Grundrechtscharta der Europäischen Union, der Europäischen Konvention zum Schutz der Menschenrechte und Grundfreiheiten ergeben, die im zehnten Erwägungsgrund der Verordnungen (EG) Nr.° 1073/1999 und (Euratom) Nr.° 1074/1999 sowie in Artikel 4 Absatz 6 dieser Verordnungen bekräftigt werden und in den einzelnen Beschlüssen der Organe, Einrichtungen sowie Ämter und Agenturen festgeschrieben sind.