Deze verordening laat de maatregelen van de Lid-Staten onverlet , waarbij een regeling inzake opgave van de oogsten en voorraden wordt vastgesteld , welke het verstrekken van meer uitvoerige gegevens eventueel op eerdere tijdstippen dan bepaald in artikel 6 voorschrijft , met name omdat hierbij meer uitgebreide categorieën van personen zijn betrokken dan die bedoeld in de artikelen 2 , 3 en 4 .
DIE IN DEN MITGLIEDSTAATEN GELTENDEN BESTIMMUNGEN ÜBER DIE ABGABE VON ERNTE - UND BESTANDSMELDUNGEN , NACH DENEN , INSBESONDERE AUF GRUND EINES UMFASSENDEREN ALS DES IN DEN ARTIKELN 2 , 3 UND 4 VORGESEHENEN PERSÖNLICHEN ODER SACHLICHEN GELTUNGSBEREICHS UND GEGEBENENFALLS VOR DEN IN ARTIKEL 6 FESTGESETZTEN ZEITPUNKTEN VOLLSTÄNDIGERE ANGABEN ZU ERTEILEN SIND , WERDEN VON DER VORLIEGENDEN VERORDNUNG NICHT BERÜHRT .