Traduction de «eerste drie boekjaren vanaf » (Néerlandais → Allemand) :

Geen vermeerdering is verschuldigd op de overeenkomstig artikel 215, tweede lid, berekende belasting, die betrekking heeft op de eerste drie boekjaren vanaf de oprichting van de vennootschap ».
Keine Erhöhung wird auf die Steuer geschuldet, die gemäß Artikel 215 Absatz 2 berechnet wird und sich auf die ersten drei Geschäftsjahre ab Gründung der Gesellschaft bezieht ».

' Ten name van een vennootschap die op grond van artikel 15 van het Wetboek van vennootschappen als kleine vennootschap wordt aangemerkt, is geen vermeerdering verschuldigd op de belasting die betrekking heeft op de eerste drie boekjaren vanaf haar oprichting '.
' Gesellschaften, die aufgrund von Artikel 15 des Gesellschaftsgesetzbuches als kleine Gesellschaften gelten, schulden keine Erhöhung auf die Steuer, die sich auf die ersten drei Geschäftsjahre ab ihrer Gründung bezieht '.

Geen vermeerdering is verschuldigd op de overeenkomstig artikel 215, tweede lid, berekende belasting, die betrekking heeft op de eerste drie boekjaren vanaf de oprichting van de vennootschap '.
Keine Erhöhung wird auf die Steuer geschuldet, die gemäß Artikel 215 Absatz 2 berechnet wird und sich auf die ersten drei Geschäftsjahre ab Gründung der Gesellschaft bezieht '.

« Artikel 218, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals ingevoegd bij artikel 14 van de wet van 24 december 2002 tot wijziging van de vennootschapsregeling inzake inkomstenbelastingen en tot instelling van een systeem van voorafgaande beslissingen in fiscale zaken, schendt de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, doordat het vennootschappen die beantwoorden aan de kenmerken van een kmo maar een belastbare winst behalen die meer bedraagt dan het grensbedrag bepaald in artikel 215, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, niet vrijstelt van de vermeerdering die verschuldigd is indien geen of ontoereikende voorafbetalingen zijn gedaan gedurende de eerste drie boekjaren vanaf de oprichting ervan ».
« Artikel 218 § 2 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, eingefügt durch Artikel 14 des Gesetzes vom 24. Dezember 2002 zur Abänderung der Gesellschaftsregelung in Bezug auf die Einkommensteuer und zur Einführung eines Systems der Vorausentscheidung in Steuerangelegenheiten, verstößt gegen die Artikel 10, 11 und 172 der Verfassung, indem er Gesellschaften, die die Merkmale eines KMB aufweisen aber einen zu versteuernden Gewinn erzielen, der den Höchstbetrag nach Artikel 215 Absatz 2 desselben Gesetzbuches übersteigt, in den ersten drei Geschäftsjahren ab ihrer Gründung nicht von der Steuererhöhung befreit, die bei ausbleibenden oder unzureichenden Vorauszahlungen geschuldet ist ».

Artikel 218, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals ingevoegd bij artikel 14 van de wet van 24 december 2002 tot wijziging van de vennootschapsregeling inzake inkomstenbelastingen en tot instelling van een systeem van voorafgaande beslissingen in fiscale zaken, in samenhang gelezen met artikel 215, tweede en derde lid, van hetzelfde Wetboek, schendt de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, doordat de vennootschappen die beantwoorden aan de kenmerken van een kmo maar waarvan de uitgekeerde dividenden meer bedragen dan 13 pct. van het gestorte kapitaal bij het begin van het belastbare tijdperk, niet zijn vrijgesteld van de vermeerdering die verschuldigd is indien geen of ontoereikende voorafbetalingen zijn gedaan gedurende de eerste drie boekjaren vanaf de oprichting ervan.
Artikel 218 § 2 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, eingefügt durch Artikel 14 des Gesetzes vom 24. Dezember 2002 zur Abänderung der Gesellschaftsregelung in Bezug auf die Einkommensteuer und zur Einführung eines Systems der Vorausentscheidung in Steuerangelegenheiten, in Verbindung mit Artikel 215 Absätze 2 und 3 desselben Gesetzbuches, verstößt gegen die Artikel 10, 11 und 172 der Verfassung, indem Gesellschaften, die die Merkmale eines KMB aufweisen, deren ausgeschüttete Dividenden aber 13 Prozent des eingezahlten Kapitals am Anfang des Besteuerungszeitraums übersteigen, nicht von der Steuererhöhung befreit sind, die bei ausbleibenden oder unzureichenden Vorauszahlungen im Laufe der ersten drei Geschäftsjahre ab ihrer Gründung geschuldet ist.

(b) een bedrijfsplan met een budgetprognose voor de eerste drie boekjaren waarmee wordt aangetoond dat de aanvrager in staat is gebruik te maken van passende en evenredige systemen, middelen en procedures om op een gezonde basis te opereren;
(b) der Geschäftsplan mit einer Budgetplanung für die ersten drei Geschäftsjahre, aus dem hervorgeht, dass der Antragsteller über geeignete und angemessene Systeme, Ressourcen und Verfahren verfügt, um seine Tätigkeit ordnungsgemäß auszuführen;

(b) een bedrijfsplan met een verwachte berekening van het budget voor de eerste drie boekjaren welke aantoont dat de aanvrager in staat is van passende en evenredige systemen, middelen en procedures gebruik te maken om op een gezonde basis te opereren;
(b) der Geschäftsplan mit einer finanziellen Vorausschau für die ersten drei Geschäftsjahre, der zeigt, dass der Antragsteller in der Lage ist, die für eine solide Tätigkeit angemessenen und geeigneten Systeme, Ressourcen und Verfahren zu verwenden;

2. Afgezien van de vereisten van lid 1 bevat het programma van werkzaamheden voor de eerste drie boekjaren:
(2) Der Tätigkeitsplan muss außerdem während der ersten drei Geschäftsjahre Angaben enthalten zu:

2. De doelstellingen bestaan uit een te besparen hoeveelheid energie die overeenkomstig de berekening volgens bijlage I in de eerste drie jaar vanaf de omzetting van de richtlijn in totaal overeenkomt met ten minste 3% van de hoeveelheid energie, in de daaropvolgende drie jaar met ten minste 4% van de hoeveelheid energie, en in de daaropvolgende drie jaar met ten minste 4,5% van de hoeveelheid energie die aan eindafnemers wordt gedistribueerd en/of verkocht. De kosten van de maatregelen die worden vastgesteld om de doelstellingen te bereiken, mogen niet hoger zijn dan hun baten.
(2) Die Ziele bestehen aus einem einzusparenden Energievolumen , das gemäß der Berechnung nach Anhang I ab Umsetzung der Richtlinie in den ersten drei Jahren insgesamt mindestens 3 % des Energievolumens, in den darauf folgenden drei Jahren mindestens 4% des Energievolumens und in den darauf folgenden drei Jahren mindestens 4,5% entspricht, das an Endkunden verteilt und/oder verkauft wurde. Die Kosten der zur Erreichung der Ziele ergriffenen Maßnahmen sollten deren Nutzen nicht übersteigen.