Vertaling van "eg-verdrag vastgelegde criterium " (Nederlands → Duits) :

De Raad merkte op dat voor 2009 met een overheidstekort van 5,9 % van het bbp werd gerekend, waarmee de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3 % van het bbp werd overschreden, terwijl de bruto overheidsschuld zou uitkomen op 97,6 % van het bbp in 2009, dus boven de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 60 % van het bbp.
Der Rat hielt fest, dass für das Jahr 2009 ein gesamtstaatliches Defizit von 5,9 % des BIP geplant war und der im Vertrag festgelegte Referenzwert von 3 % des BIP damit überschritten würde; der öffentliche Bruttoschuldenstand sollte den Planungen zufolge im Jahr 2009 97,6 % des BIP erreichen und somit ebenfalls den im Vertrag festgelegten Referenzwert von 60 % des BIP überschreiten.

De Raad merkte op dat het overheidstekort in 2008 4,0% van het bbp had bereikt en daarmee de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3% van het bbp overschreed, terwijl de bruto-overheidsschuld 19,5% van het bbp beliep, ruim onder de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 60% van het bbp (2).
Der Rat hielt fest, dass das gesamtstaatliche Defizit im Jahr 2008 4,0 % des BIP erreicht hatte und damit über dem im Vertrag festgelegten Referenzwert von 3 % des BIP lag, während der öffentliche Bruttoschuldenstand mit 19,5 % des BIP weit unter dem im Vertrag festgelegten Referenzwert von 60 % des BIP blieb (2)

De Raad merkte op dat het overheidstekort in 2008 5,4 % van het bbp bereikte en aldus de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3 % van het bbp overschreed, terwijl de bruto-overheidsschuld 13,6 % van het bbp beliep, ruim onder de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 60 % van het bbp (2).
Der Rat hielt fest, dass das gesamtstaatliche Defizit im Jahr 2008 5,4 % des BIP erreicht hatte und damit über dem im Vertrag festgelegten Referenzwert von 3 % des BIP lag, während der öffentliche Bruttoschuldenstand mit 13,6 % des BIP weit unter dem im Vertrag festgelegten Referenzwert von 60 % des BIP blieb (2)

20. heet Slovenië welkom als lid van de eurozone op 1 januari 2007; dringt er bij de nieuwe lidstaten op aan de nodige maatregelen te nemen om te voldoen aan de convergentiecriteria van Maastricht en wijst erop dat de ECB en de Commissie het in het EG-Verdrag vastgelegde criterium van prijsstabiliteit moeten toepassen, dat verschilt van het criterium dat de ECB hanteert in haar monetaire beleid; stelt voor dat de ECB en de Commissie nagaan of het terecht is dat er twee verschillende criteria zijn;
20. begrüßt Slowenien als Mitglied des Euroraums ab dem 1. Januar 2007; fordert die neuen Mitgliedstaaten auf, die erforderlichen Maßnahmen zur Erfüllung der Konvergenzkriterien von Maastricht zu ergreifen, und weist darauf hin, dass die EZB und die Kommission das im EG-Vertrag festgelegte Kriterium der Preisstabilität, das von dem von der EZB bei ihrer Geldpolitik herangezogenen Kriterium abweicht, anwenden müssen, und regt an, dass die EZB und die Kommission prüfen, ob ein solch unterschiedliches Vorgehen weiter gerechtfertigt ist;

21. heet Slovenië welkom als lid van de eurozone op 1 januari 2007; dringt er bij de nieuwe lidstaten op aan de nodige maatregelen te nemen om te voldoen aan de convergentiecriteria van Maastricht en wijst erop dat de ECB en de Commissie het in het Verdrag vastgelegde criterium van prijsstabiliteit moeten toepassen, dat verschilt van het criterium dat de ECB hanteert in haar monetaire beleid; stelt voor dat de ECB en de Commissie nagaan of het terecht is dat er twee verschillende criteria zijn;
21. begrüßt Slowenien als Mitglied des Euroraums ab dem 1. Januar 2007; fordert neue Mitgliedstaaten auf, die Konvergenzkriterien von Maastricht zu erfüllen, und weist darauf hin, dass die EZB und die Kommission das im EG-Vertrag festgelegte Kriterium der Preisstabilität, das von dem von der EZB bei ihrer Geldpolitik herangezogenen Kriterium abweicht, anwenden müssen, und regt an, dass die EZB und die Kommission prüfen, ob ein solch unterschiedliches Vorgehen weiter gerechtfertigt ist;

Overeenkomstig artikel 2 van het protocol betreffende de in artikel 121 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bedoelde convergentiecriteria houdt het in artikel 121, lid 1, tweede streepje, van het Verdrag bedoelde criterium inzake de begrotingssituatie van de overheid in, dat ten aanzien van de lidstaat op het tijdstip van het onderzoek geen beschikking van de Raad krachtens artikel 104, lid 6, van het Verdrag geldt waarin wordt vastgesteld dat er in de betrokken lidstaat een buitensporig tekort bestaat.
Gemäß Artikel 2 des Protokolls über die Konvergenzkriterien nach Artikel 121 EG-Vertrag bedeutet das in Artikel 121 Absatz 1 zweiter Gedankenstrich genannte Kriterium der Finanzlage der öffentlichen Hand, dass zum Zeitpunkt der Prüfung keine Ratsentscheidung nach Artikel 104 Absatz 6 EG-Vertrag vorliegt, der zufolge in dem betreffenden Mitgliedstaat ein übermäßiges Defizit besteht.

De Raad merkte op dat het overheidstekort in het begrotingsjaar 2004/2005 (2) 3,2 % van het bbp bedroeg en daarmee de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3 % van het bbp overschreed, terwijl de bruto overheidsschuld 40,8 % van het bbp beliep, ruim onder de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 60 % van het bbp.
Der Rat stellte fest, dass das gesamtstaatliche Defizit im Haushaltsjahr 2004/2005 (2) mit 3,2 % des BIP den im Vertrag festgelegten Referenzwert von 3 % des BIP überschritt, während der öffentliche Bruttoschuldenstand mit 40,8 % des BIP weit unter dem im Vertrag festgelegten Referenzwert von 60 % des BIP lag.

Evenzo noopt de eerbiediging van artikel 6, lid 2 van het EU-Verdrag, alsmede van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en met name de artikelen 1, 7, 8 en 47, tot eenzelfde interpretatie van het in dit kaderbesluit vastgelegde beschermingsniveau als van het in de bovengenoemde Conventie en het bovengenoemde Verdrag vastgelegde niveau.
Auch die Einhaltung von Artikel 6 Absatz 2 des Vertrags über die Europäische Union sowie die Einhaltung der Charta der Grundrechte der Europäischen Union, insbesondere ihrer Artikel 1, 7, 8 und 47, schreibt in Bezug auf das durch diesen Rahmenbeschluss festgelegte Schutzniveau gegenüber dem durch die beiden oben genannten Übereinkommen festgelegten Schutzniveau dieselbe Auslegung vor.

zich in te zetten voor versterking van de bescherming van de grondbeginselen van de EU (artikel 6 van het EU-Verdrag) alsmede de alarmmechanismen en de sancties zoals vastgelegd in artikel 7 van het EU-Verdrag; de jurisprudentie van de Europese gerechtshoven, constitutionele hoven en de onderzoeken van de Raad van Europa en het Europees Parlement volstaan om te illustreren dat de eerbiediging van de grondbeginselen een permanente zorg voor de lidstaten en de instellingen van de EU dient te zijn en dat zij openbare referentiecriteria dienen vast te stellen voor verbetering van de kwaliteit van de justitie en de politiële samenwerking; in dit verband dient activering van de alarmprocedure, zoals vastgelegd in artikel 7, lid 1, van het EU-Verdrag, een van de noodzakelijke wederzijdse bijstandsmaatregelen te zijn om een hoog niveau van bescherming van de in artikel 6 van het EU-Verdrag vastgelegde beginselen te waarborgen,
Eintreten für verstärkten Schutz der Gründungsprinzipien der Europäischen Union (Artikel 6 des EU-Vertrags) sowie der Frühwarnmechanismen und der Sanktionen gemäß Artikel 7 des EU-Vertrags; die Rechtsprechung der europäischen Gerichte, der Verfassungsgerichte und die auf der Ebene des Europarates und vom Europäischen Parlament eingeleiteten Untersuchungen zeigen hinreichend, dass sich die Mitgliedstaaten sowie die Organe der Europäischen Union ständig um die Einhaltung dieser Prinzipien bemühen müssen, und dass sich die Organe der Europäischen Union öffentlich bekannte Maßstäbe für die Verbesserung der Qualität der Justiz und der polizeilichen Zusammenarbeit setzen müssen; in diesem Kontext müsste die Aktivierung des Frühwarnmechanismus gemäß Artikel 7 Absatz 1 des EU-Vertrags den normalen Maßnahmen zur gegenseitigen Unterstützung zugerechnet werden, die notwendig sind, um ein hohes Niveau des Schutzes der Grundsätze gemäß Artikel 6 des EU-Vertrags zu gewährleisten;