28. In afwijking van punt 26 kunnen de lidstaten ook andere financiële instellingen waaraan vergunning is verleend en waarop toezicht wordt uitgeoefend door de bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de vergunningverlening aan en het toezicht op kredietinstellingen, en waaraan prudentiële eisen worden gesteld die gelijkwaardig zijn aan die welke voor kredietinstellingen gelden, als toelaatbare verschaffers van niet-volgestorte kredietprotectie aanmerken.
28. Abweichend von Nummer 26 können die Mitgliedstaaten weitere Finanzinstitute als Steller von Sicherheiten ohne Kreditsicherheitsleistung anerkennen, wenn diese von den für die Zulassung und Beaufsichtigung von Kreditinstituten zuständigen Behörden zugelassen wurden und beaufsichtigt werden und ähnlichen aufsichtsrechtlichen Auflagen unterliegen wie Kreditinstitute.