Het tweede middel dat door de verzoekende partijen in de zaak nr. 5862 wordt aangevoerd, is afgeleid uit de schending, door de artikelen II. 9, II. 10, II. 45, III. 19, III. 20 en III. 81 van het decreet van 19 juli 2013, van de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met het rechtszekerheids-, vertrouwens- en zorgvuldigheidsbeginsel, met artikel 22bis van de Grondwet en met een aantal internationale verdragsbepalingen en regels van het recht van de Europese Unie.
Der zweite Klagegrund der klagenden Parteien in der Rechtssache Nr. 5862 ist abgeleitet aus einem Verstoß durch die Artikel II. 9, II. 10, II. 45, III. 19, III. 20 und III. 81 des Dekrets vom 19. Juli 2013 gegen die Artikel 10, 11 und 24 § 4 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit dem Grundsatz der Rechtssicherheit, dem Grundsatz des rechtmäßigen Vertrauens und dem Grundsatz der Sorgfalt, mit Artikel 22bis der Verfassung und mit einer Reihe von internationalen Vertragsbestimmungen und Regeln des Rechts der Europäischen Union.