T. overwegende dat er in de Europese Unie ongeveer 100 mi
ljoen kinderen zijn en ongeveer 80 miljoen Europeanen met een handicap; overwegende dat personen met een handicap, met name kinderen, nog steeds te maken hebben met een gebrek aan bijstand en ondersteuning bij hun integratie op school, moeilijkheden bij het bereiken van gebouwen of diensten en problemen om gehoord te worden en inspraak te krijgen in beslissingen die van invloed zijn op hun leven; overwegende dat de EU, als partij bij het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, verplicht is de rechten van personen met een handicap -zoals vastgelegd in dat verdr
...[+++]ag- te bevorderen, te beschermen en te eerbiedigen, een strategie aan te nemen voor de tenuitvoerlegging van dit verdrag, en erop toe te zien dat beleidsmaatregelen en bestaande en toekomstige primaire en secundaire wetgeving voldoen aan de bepalingen van dit verdrag; T. in der Erwägung, dass es in der Europäischen
Union ungefähr 100 Millionen Kinder und ungefähr 80 Millionen Bürger mit Behinderungen gibt; in der Erwägung, dass Menschen mit Behinderungen und insbesondere Kinder immer noch an einem Mangel an Hilfe und Un
terstützung leiden, wenn es um ihre Inklusion in Schulen geht, dass sie Schwierigkeiten beim Zugang zu Gebäuden oder zu Dienstleistungen haben und dass es ihnen nur schwer gelingt, sich Gehör zu verschaffen und an Entscheidungen teilzuhaben, die ihr Leben betreffen; in der Erwägung
...[+++], dass die EU als Vertragspartei des Übereinkommens der Vereinten Nationen über die Rechte von Menschen mit Behinderungen verpflichtet ist, die Rechte von Menschen mit Behinderungen wie im Übereinkommen verankert zu fördern, zu schützen und zu achten, eine Strategie zur Umsetzung des Übereinkommens anzunehmen, und dafür Sorge zu tragen, dass politische Maßnahmen und bestehendes und zukünftiges Primär- und Sekundärrecht den Bestimmungen des Übereinkommens entsprechen;