Ten slotte verleent artikel 44, lid 2, van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht voor ambtenarenzaken partijen geen enkel subjectief recht, aangezien het dat Gerecht slechts verbiedt om stukken die door de wederpartij als vertrouwelijk worden beschouwd aan de andere partij mede te delen alvorens zich te hebben uitgesproken over de vertrouwelijkheid van die stukken.
Schließlich räume Art. 44 Abs. 2 der Verfahrensordnung des Gerichts für den öffentlichen Dienst den Parteien keine subjektiven Ansprüche ein, da er es dem Gericht lediglich verbiete, von einer Partei als vertraulich betrachtete Dokumente an die andere Partei herauszugeben, bevor über die Vertraulichkeit dieser Dokumente entschieden worden sei.