1.2.2. indien het begin van het hoofdcontact voldoende nauwkeurig kan worden vastgesteld, t1 en t2, uitgedrukt in seconden, de twee tijdstippen zijn, die het tijdsinterval bepalen tussen het begin van het hoofdcontact en het eind van de registratie waarbij de HPC-waarde maximaal is;
1.2.2. Wenn der Beginn der Kopfberührung zufriedenstellend bestimmt werden kann, sind t1 und t2 die beiden in Sekunden ausgedrückten Zeitpunkte, die einen Zeitraum zwischen dem Beginn der Kopfberührung und dem Ende der Aufzeichnung begrenzen, bei dem HPC den Hoechstwert erreicht.