Vertaling van "escb-statuten op eurogebied-lidstaten " (Nederlands → Duits) :

Alhoewel door de ECB uit hoofde van artikel 34.1 van de Statuten van het Europees Stelsel van centrale banken van van de Europese Centrale Bank (hierna de „ESCB-statuten”) vastgestelde verordeningen kennen rechten toe noch leggen zij verplichtingen op aan lidstaten die de euro niet als munt hebben (hierna: „niet-eurogebied lidstaten”), is artikel 5 van de ESCB-statuten op eurogebied-lidstaten en niet-eurogebied lidstaten van toepassing.
Obgleich die von der EZB nach Artikel 34.1 der Satzung des Europäischen Systems der Zentralbanken und der Europäischen Zentralbank (nachfolgend die „ESZB-Satzung“) erlassenen Verordnungen für die Mitgliedstaaten, deren Währung nicht der Euro ist (nachfolgend die „Mitgliedstaaten außerhalb des Euro-Währungsgebiets“), keinerlei Rechte oder Verpflichtungen entstehen lassen, gilt Artikel 5 der ESZB-Satzung für Mitgliedstaaten des Euro-Währungsgebiets und außerhalb des Euro-Währungsgebiets.

Overweging 17 van Verordening (EG) nr. 2533/98 wijst erop dat artikel 5 van de ESCB-statuten, samen met artikel 4, lid 3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, de verplichting inhoudt om op nationaal niveau alle maatregelen te nemen en uit te voeren die de niet-eurogebied lidstaten dienstig achten voor de verzameling van de statistische gegevens om te voldoen aan de statistische rapportageverplichtingen van de ECB, en tijdig op statistisch vlak voorbereidingen te treffen, opdat zij eurogebied-lidstaten kunnen worden.
Erwägungsgrund 17 der Verordnung (EG) Nr. 2533/98 bezieht sich auf die Tatsache, dass gemäß Artikel 5 der ESZB-Satzung in Verbindung mit Artikel 4 Absatz 3 des Vertrags über die Europäische Union die Mitgliedstaaten außerhalb des Euro-Währungsgebiets verpflichtet sind, auf nationaler Ebene alle Maßnahmen zu treffen und umzusetzen, die sie für erforderlich halten, um die zur Erfüllung der statistischen Berichtspflichten gegenüber der EZB benötigten statistischen Daten zu erheben und rechtzeitig die auf dem Gebiet der Statistik erforderlichen Vorkehrungen zu treffen, um Mitgliedstaaten des Euro-Währungsgebiets zu werden.

Verordeningen die door de ECB uit hoofde van artikel 34.1 van de statuten worden vastgesteld kennen weliswaar geen rechten toe en leggen geen verplichtingen op aan lidstaten die de euro niet als munt hebben (hierna „niet-eurogebied-lidstaten”), maar artikel 5 van de ESCB-statuten is desalniettemin zowel op eurogebied-lidstaten als niet-eurogebied-lidstaten van toepassing.
Zwar wird anerkannt, dass die von der EZB erlassenen Verordnungen gemäß Artikel 34.1 der ESZB-Satzung keinerlei Rechte oder Verpflichtungen für die Mitgliedstaaten, deren Währung nicht der Euro ist (nachfolgend die „Mitgliedstaaten außerhalb des Euro-Währungsgebiets“), begründen; Artikel 5 der ESZB-Satzung gilt jedoch gleichermaßen für Mitgliedstaaten des Euro-Währungsgebiets und außerhalb des Euro-Währungsgebiets.

Overweging 17 van Verordening (EG) nr. 2533/98 verwijst naar het feit dat artikel 5 van de ESCB-statuten, samen met artikel 4, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie, voor de niet-eurogebied-lidstaten, om eurogebied-lidstaten te kunnen worden, de verplichting inhoudt om op nationaal niveau alle maatregelen te nemen en uit te voeren die zij dienstig achten voor de verzameling van de statistische gegevens die nodig zijn om te voldoen aan de door de ECB opgelegde statistische rapportageverplichtingen, evenals voor het tijdig treffen van voorbereidingen op het gebied van statistieken,
Erwägungsgrund 17 der Verordnung (EG) Nr. 2533/98 bezieht sich auf die Tatsache, dass gemäß Artikel 5 der ESZB-Satzung in Verbindung mit Artikel 4 Absatz 3 des Vertrags über die Europäische Union die Mitgliedstaaten außerhalb des Euro-Währungsgebiets verpflichtet sind, auf nationaler Ebene alle Maßnahmen zu treffen und umzusetzen, die sie für erforderlich halten, um die zur Erfüllung der statistischen Berichtspflichten gegenüber der EZB benötigten statistischen Daten zu erheben und rechtzeitig die auf dem Gebiet der Statistik erforderlichen Vorkehrungen zu treffen, um Mitgliedstaaten des Euro-Währungsgebiets zu werden.

I. overwegende dat in overweging 55 van Verordening (EU) nr. 1024/2013 vermeld staat dat alle rapportageverplichtingen tegenover het Europees Parlement gebonden moeten zijn aan de toepasselijke voorschriften inzake het beroepsgeheim; overwegende dat overweging 74 en artikel 27, lid 1, van die verordening bepalen dat de leden van de Raad van toezicht, het stuurcomité, de personeelsleden van de ECB en de door deelnemende lidstaten gedetacheerde personeelsleden die toezichttaken vervullen, gehouden zijn aan de voorschriften inzake het beroepsgeheim van artikel 37 van de statuten van het ESCB en van de toepasselijke handelingen van het Unierecht; overwegende dat artikel 339 VWEU en artikel 37 van de statuten van het ESCB bepalen dat de leden van de bestuursorganen en de personeelsleden van de ECB en de nationale centrale banken zijn onderworpen aan de geheimhoudigsplicht;
I. Gemäß Erwägung 55 der Verordnung (EU) Nr. 1024/2013 sollten alle Berichterstattungspflichten gegenüber dem Parlament den einschlägigen Geheimhaltungspflichten unterliegen. Nach Erwägung 74 und Artikel 27 Absatz 1 jener Verordnung unterliegen die Mitglieder des Aufsichtsgremiums und des Lenkungsausschusses, die Mitarbeiter der EZB sowie von den teilnehmenden Mitgliedstaaten abgeordneten Mitarbeiter, die Aufsichtsaufgaben wahrnehmen, den Geheimhaltungspflichten nach Artikel 37 der Satzung des ESZB und nach den einschlägigen Rechtsakten der Union. Gemäß Artikel 339 AEUV und Artikel 37 der Satzung des ESZB sind die Mitglieder der Leitungsgremien und das Personal der EZB und der nationalen Zentralbanken an die Wahrung der Geheimhaltungspflicht gebunden.

overwegende dat in overweging 55 van Verordening (EU) nr/2013 vermeld staat dat alle rapportageverplichtingen tegenover het Europees Parlement gebonden moeten zijn aan de toepasselijke voorschriften inzake het beroepsgeheim; overwegende dat overweging 74 en artikel 27, lid 1, van die verordening bepalen dat de leden van de Raad van toezicht, het stuurcomité, de personeelsleden van de ECB en de door deelnemende lidstaten gedetacheerde personeelsleden die toezichttaken vervullen, gehouden zijn aan de voorschriften inzake het beroepsgeheim van artikel 37 van de statuten van het ESCB en van de toepasselijke handelingen van het Unierecht; overwegende dat artikel 339 VWEU en artikel 37 van de statuten van het ESCB bepalen dat de leden van de bestuursorganen en de personeelsleden van de ECB en de nationale centrale banken zijn onderworpen aan de geheimhoudigsplicht;
Gemäß Erwägung 55 der Verordnung (EU) Nr/2013 sollten alle Berichterstattungspflichten gegenüber dem Parlament den einschlägigen Geheimhaltungspflichten unterliegen. Nach Erwägung 74 und Artikel 27 Absatz 1 jener Verordnung unterliegen die Mitglieder des Aufsichtsgremiums und des Lenkungsausschusses, die Mitarbeiter der EZB sowie von den teilnehmenden Mitgliedstaaten abgeordneten Mitarbeiter, die Aufsichtsaufgaben wahrnehmen, den Geheimhaltungspflichten nach Artikel 37 der Satzung des ESZB und nach den einschlägigen Rechtsakten der Union. Gemäß Artikel 339 AEUV und Artikel 37 der Satzung des ESZB sind die Mitglieder der Leitungsgremien und das Personal der EZB und der nationalen Zentralbanken an die Wahrung der Geheimhaltungspflicht gebunden.

I. overwegende dat in overweging 55 van Verordening (EU) nr/2013 vermeld staat dat alle rapportageverplichtingen tegenover het Parlement gebonden moeten zijn aan de toepasselijke voorschriften inzake het beroepsgeheim; overwegende dat overweging 74 en artikel 27, lid 1, van die verordening bepalen dat de leden van de Raad van toezicht, het stuurcomité, de personeelsleden van de ECB en de door deelnemende lidstaten gedetacheerde personeelsleden die toezichttaken vervullen, gehouden zijn aan de voorschriften inzake het beroepsgeheim van artikel 37 van de statuten van het ESCB en van de toepasselijke handelingen van het Unierecht; overwegende dat artikel 339 VWEU en artikel 37 van de statuten van het ESCB bepalen dat de leden van de bestuursorganen en de personeelsleden van de ECB en de nationale centrale banken gehouden zijn aan het beroepsgeheim;
I. unter Hinweis darauf, dass gemäß Erwägung 55 der Verordnung (EU) Nr/2013 alle Berichterstattungspflichten gegenüber dem Parlament den einschlägigen Geheimhaltungspflichten unterliegen sollten; unter Hinweis darauf, dass nach Erwägung 74 und Artikel 27 Absatz 1 jener Verordnung die Mitglieder des Aufsichtsgremiums und des Lenkungsausschusses, die Mitarbeiter der EZB sowie die von den teilnehmenden Mitgliedstaaten abgeordneten Mitarbeiter, die Aufsichtsaufgaben wahrnehmen, den Geheimhaltungspflichten nach Artikel 37 der Satzung des ESZB und nach den einschlägigen Rechtsakten der Union unterliegen; unter Hinweis darauf, dass gemäß Artikel 339 AEUV und Artikel 37 der Satzung des ESZB die Mitglieder der Leitungsgremien und des Personals der EZB und der nationalen Zentralbanken an die Pflicht zur Wahrung des Berufsgeheimnisses gebunden sind;

Artikel 47 van de ESCB-statuten bepaalt dat de centrale banken van de lidstaten met een derogatie (hierna „NCB’s van buiten het eurogebied”) het kapitaal waarop zij hebben ingeschreven niet storten, tenzij de Algemene Raad met een gekwalificeerde meerderheid die ten minste twee derde van het geplaatste kapitaal van de ECB en ten minste de helft van de aandeelhouders vertegenwoordigt, besluit dat een minimaal percentage moet worden gestort als bijdrage aan de bedrijfskosten van de ECB.
Gemäß Artikel 47 der ESZB-Satzung zahlen Zentralbanken von Mitgliedstaaten, für die eine Ausnahmeregelung gilt (nachfolgend „nicht dem Euro-Währungsgebiet angehörende NZBen“), das von ihnen gezeichnete Kapital nicht ein, es sei denn, dass der Erweiterte Rat mit der Mehrheit von mindestens zwei Dritteln des gezeichneten Kapitals der Europäischen Zentralbank (EZB) und zumindest der Hälfte der Anteilseigner beschließt, dass als Beitrag zu den Betriebskosten der EZB ein Mindestprozentsatz eingezahlt werden muss.