In dit verband wijst de Raad erop dat de Rekenkamer het effect van het programm
a op institutioneel niveau als positief beoordeelt omdat het programma, enerzijds, dankzij de mechanismen voor programmering, financiering en follow-up van de projecten die in dit kader worden gehanteerd, de samenwerking op het niveau van de burgers en tussen de regionale en lokale autoriteiten van de grensregio's versterkt en, anderzijds, een b
elangrijke bijdrage levert tot de voorbereiding van deze autoriteiten op het beheer, in de toekomst, van de Struct
...[+++]uurfondsen.