J. overwegende dat er behoefte is de unieke structuur van financiële dienstverleners zoals die in Europa bestaat te erkennen, zoals kredietverenigingen, niet-bancaire financiële instellingen die deposito's van hun leden voor microleningen losmaken, en dat deze unieke organisaties niet a priori van relevante microkredietprogramma's zouden moeten worden uitgesloten,
J. in der Erwägung, dass die besonderen Strukturen der in der EU bestehenden Finanzdienstleister anerkannt werden müssen, wie etwa die besonderen Strukturen der Kreditgenossenschaften, bei denen es sich um bankfremde Finanzinstitute handelt, welche die Einlagen ihrer Mitglieder für Kleinstkredite verwenden, sowie in der Erwägung, dass diese Finanzdienstleister nicht allein aufgrund dieser besonderen Strukturen von Programmen zur Finanzierung von Kleinstkrediten ausgeschlossen werden dürfen,