Traduction de «europese stedelijke agenda » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE

Europese sociale agenda voor 2011-2015 | Europese sociale en gelijkheidsagenda voor 2011-2015
europäische Sozial- und Gleichstellungsagenda für den Zeitraum 2011-2015

Europese sociale agenda
europäische Sozialagenda

EU-strategie [ politieke agenda van de EU | politieke agenda van de Europese Unie | politieke prioriteit van de EU | politieke prioriteit van de Europese Unie | strategie van de EU | strategie van de Europese Unie | strategische agenda van de EU | strategische agenda van de Europese Unie ]
EU-Strategie [ politische Agenda der EU | politische Agenda der Europäischen Union | politische Priorität der EU | politische Priorität der Europäischen Union | Strategie der EU | Strategie der Europäischen Union | strategische Agenda der EU | strategische Agenda der Europäischen Union ]

Europese agenda voor cultuur | Europese agenda voor cultuur in het licht van de mondialisering
europäische Kulturagenda | europäische Kulturagenda im Zeichen der Globalisierung

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Een Europese stedelijke agenda moet het subsidiariteitsbeginsel respecteren maar het EU-beleid waar mogelijk verbeteren door de stedelijke dimensie te versterken en de Europese steden een grotere rol als partners van de EU toe te kennen.
Eine EU-Städteagenda muss dem Grundsatz der Subsidiarität genügen, aber dort wo wir die EU-Politik durch eine Stärkung der städtischen Dimension verbessern können, sollten wir das tun, ebenso wie wir den Städten Europas eine wichtigere Rolle als Partner der EU übertragen sollten.

31. dringt er bij de Commissie en de lidstaten op aan terdege rekening te houden met de lopende voorbereidende werkzaamheden voor de Habitat III-agenda, en erop toe te zien dat de toekomstige Europese stedelijke agenda volledig in overeenstemming is met en afgestemd wordt op de doelstellingen van deze mondiale stedelijke agenda; verzoekt de Commissie het Parlement op regelmatige basis te informeren over de externe dimensie van de Europese stedelijke agenda, en is van mening dat deze agenda de bijdrage van de EU kan gaan vormen aan het internationale debat over de "Nieuwe Stedelijke Agenda" van de Verenigde Naties en de Habitat III-conferentie over huisvesting en duurzame stedelijke ontwikkeling in 2016;
31. fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, den laufenden Vorbereitungsarbeiten für die Agenda „Habitat III“ in vollem Umfang Rechnung zu tragen und sicherzustellen, dass die zukünftige EU-Städteagenda gesamtumfänglich mit den Zielen und Zielvorgaben dieser globalen städtischen Agenda vereinbar und auf diese abgestimmt ist; fordert die Kommission auf, das Parlament regelmäßig über die externe Dimension der EU-Städteagenda zu unterrichten, und ist der Auffassung, dass die Städteagenda der EU-Beitrag zur internationalen Debatte über die „Neue Städteagenda“ der Vereinten Nationen und der „Habitat III“-Konferenz zu Wohnungsbau und nachhaltiger Stadtentwicklung im Jahr 2016 werden könnte;

4. erkent dat, ofschoon de EU geen expliciete bevoegdheid heeft op het vlak van stedelijke ontwikkeling, een breed scala aan EU-initiatieven een directe of indirecte impact heeft op dorpen, steden en stedelijke gebieden; is dan ook van mening dat goed doordacht en reeds langer bestaand stedelijk beleid op nationaal en regionaal niveau een voorwaarde is voor een Europese stedelijke agenda; is van oordeel dat die agenda een strategie dient op te leveren voor dorpen, steden en functionele stedelijke gebieden in de EU, die zich op lange termijn zal ontwikkelen tot een stedelijk beleid op EU-niveau; onderstreept in dit verband dat de territoriale ontwikkeling van stedelijke gebieden gestoeld moet zijn op een evenwichtige territoriale organisatie met een polycentrische stedelijke structuur in overeenstemming met de Territoriale Agenda van de EU 2020;
4. erkennt an, dass sich zahlreiche EU-Initiativen direkt oder indirekt auf Städte, Großstädte und funktionale städtische Gebiete auswirken, obwohl die EU über keine ausdrückliche Zuständigkeit für die Stadtentwicklung verfügt; ist daher der Ansicht, dass gut entwickelte und etablierte nationale und regionale Stadtpolitiken eine Voraussetzung für eine EU-Städteagenda sind; ist der Ansicht, dass die EU-Städteagenda eine Strategie darstellen sollte, die sich mit Städten, Großstädten und funktionalen städtischen Gebieten in der Europäischen Union befasst und langfristig in eine Städtepolitik auf EU-Ebene mündet; betont in diesem Zusammenhang, dass die städtische territoriale Entwicklung in Europa in Übereinstimmung mit der Territorialen Agenda der EU 2020 auf einer ausgewogenen territorialen Organisation mit einer polyzentrischen Stadtstruktur aufbauen sollte;

Johannes Hahn, Europees commissaris voor Regionaal Beleid, vraagt de Europese burgers hun mening te geven over een Europese stedelijke agenda — hoe die agenda er moet uitzien en hoe hij moet worden uitgevoerd.
Johannes Hahn, EU-Kommissar für Regionalpolitik, bittet die Bürgerinnen und Bürger um ihre Meinung zu einer EU-Städteagenda: Wie sollte sie aussehen und wie sollte sie umgesetzt werden?

Naast vele anderen hebben ook het Europees Parlement, het Comité van de Regio’s, het Europees Economisch en Sociaal Comité en de steden zelf voor een Europese stedelijke agenda gepleit.
Von vielen Seiten wird eine EU-Städteagenda gefordert, unter anderem vom Europäischen Parlament, vom Ausschuss der Regionen, vom Europäischen Wirtschafts- und Sozialausschuss und von den Städteverbänden selbst.

Tot 26 september 2014 kan aan de openbare raadpleging worden deelgenomen. De deelnemers moeten onder meer de volgende belangrijke vragen beantwoorden: Waarom hebben we een Europese stedelijke agenda nodig?
Die öffentliche Konsultation läuft bis 26. September 2014. Die Fragen, die darin gestellt werden, lauten etwa: Wozu eine EU-Städteagenda?

Benadrukt wordt dat een Europese stedelijke agenda de algemene doelstellingen van de EU moet weerspiegelen en ook het nationale beleid in de lidstaten moet aanvullen.
Sie hebt hervor, dass eine EU-Städteagenda die übergeordneten Ziele der EU widerspiegeln sollte und auch die Politik der Mitgliedstaaten ergänzen muss.

1. stelt vast dat de Europese stedelijke agenda enerzijds de stedelijke dimensie van de beleidsvormen van de EU omvat, en met name het cohesiebeleid, en anderzijds de intergouvernementele dimensie van de inspanningen op het Europese niveau om het stedelijke beleid van de lidstaten te coördineren, dat wordt geïmplementeerd door informele vergaderingen van ministers, die worden gecoördineerd door de elkaar afwisselende voorzitterschappen van de Raad, met een actieve bijdrage van de Commissie; is in dit verband van mening dat plaatselijke overheden beter zouden moeten worden geïnformeerd en sterker zouden moeten worden betrokken bij de activiteiten van de intergouvernementele dimensie; beveelt aan te zorgen voor meer coördinatie tussen beide niveaus en een nauwere betrokkenheid van de plaatselijke overheden; benadrukt dat er een betere coördinatie moet komen tussen de besluiten en handelingen van overheden op communautair en nationaal niveau;
1. stellt fest, dass die Europäische Stadtpolitik zum einen die städtische Dimension der EU-Politiken, insbesondere der Kohäsionspolitik, und zum anderen das zwischenstaatliche Element europäischer Maßnahmen zur Koordinierung der Stadtentwicklung der Mitgliedstaaten umfasst, wobei die letztgenannten Maßnahmen durch informelle Treffen auf Ministerebene unter Koordinierung durch die jeweilige Ratspräsidentschaft und mit aktiver Unterstützung durch die Kommission erfolgen; ist hierbei der Auffassung, dass die Kommunalverwaltungen besser über die Aktivitäten der zwischenstaatlichen Ebene informiert und stärker in diese eingebunden werden sollten; empfiehlt eine stärkere Koordinierung zwischen den beiden Ebenen und eine engere Einbeziehung der Kommunalverwaltungen; unterstreicht die Notwendigkeit, die Entscheidungen und Maßnahmen der Verwaltungsbehörden sowohl auf gemeinschaftlicher wie auf nationaler Ebene besser zu koordinieren;

2. wijst op de goedkeuring van de verklaring van Toledo en het referentiedocument van Toledo over stadsvernieuwing; deelt het standpunt dat er behoefte is aan meer continuïteit en coördinatie om te komen tot een gezamenlijk werkprogramma of „Europese stedelijke agenda”; verwelkomt het feit dat ministers de behoefte aan versterking van de samenwerking en coördinatie met het Europees Parlement hebben benadrukt alsmede de doelstelling van versterking van de stedelijke dimensie binnen het cohesiebeleid en de bevordering van duurzame stadsontwikkeling en geïntegreerde benaderingen door versterking en ontwikkeling van de instrumenten voor de uitvoering van het Handvest van Leipzig op alle niveaus; feliciteert de lidstaten en de Commissie met hun inspanningen om het proces van Marseille voort te zetten en een referentiekader voor duurzame Europese steden in te voeren; volgt met belangstelling de start van een testfase van het referentiekader; betreurt echter dat steden niet voldoende bij deze processen betrokken worden; verzoekt derhalve de Commissie en lidstaten om een betere informatiestroom te waarborgen voor niet deelnemende steden en om het Parlement op de hoogte te houden van verdere ontwikkelingen;
2. nimmt die Verabschiedung der Erklärung von Toledo und des Referenzdokuments von Toledo zur integrierten Stadterneuerung zur Kenntnis; stimmt damit überein, dass mehr Kontinuität und Koordinierung erforderlich sind, um zu einem gemeinsamen Arbeitsprogramm bzw. einer „Europäischen Stadtagenda“ zu gelangen; begrüßt die Tatsache, dass die Minister die Notwendigkeit einer verstärkten Zusammenarbeit und Koordinierung mit dem Europäischen Parlament sowie das Ziel der Stärkung der städtischen Dimension der Kohäsionspolitik und der Förderung nachhaltiger Stadtentwicklung und integrierter Ansätze durch die Verstärkung und Entwicklung von Instrumenten zur Umsetzung der Leipzig-Charta auf allen Ebenen hervorgehoben haben; beglückwünscht die Mitgliedstaaten und die Kommission zu ihren Anstrengungen zur Fortsetzung des Marseille-Prozesses und zur Umsetzung eines Referenzrahmens für nachhaltige europäische Städte; beobachtet mit Interesse die Durchführung der Testphase des europäischen Referenzrahmens; bedauert jedoch, dass die Städte nicht genügend in diese Prozesse einbezogen sind; fordert deshalb die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, eine bessere Information der nicht teilnehmenden Städte über diesen Prozess zu gewährleisten und das Parlament über weitere Entwicklungen auf dem Laufenden zu halten;