13. eist dat de kwestie van straffeloosheid bij vredesonderhandelingen
als een principiële factor wordt beschouwd, aangezien er geen vrede zonder gerechtigheid kan bestaan en daders voor
het gerecht moeten worden gebracht om de strafrechtelijke gevolgen van hun daden te ondergaan; benadrukt dat straffeloosheid niet onderhandelbaar kan zijn; herinnert eraan dat de gerechtelijke procedures voor het vervolgen van plegers van geweld tegen vrouwen in oorlogssituaties vaak te lang duren, met als gevolg nog meer ongenoegen voor de slachtof
...[+++]fers, en vraagt derhalve om een rechtssysteem dat betrouwbaar en voor iedereen gelijk is, met handhaving van redelijke termijnen en met respect voor de waardigheid van vrouwen die oorlogsslachtoffer zijn; 13. fordert, die Frage der Straffreiheit zu einem Hauptthema in Friedensverhandlungen zu machen, weil es keinen Frieden ohne Gerechtigkeit geben sollte, und fordert, dass Gewalttäter v
or Gericht gestellt werden und die strafrechtlichen Konsequenzen ihrer Taten tragen müssen; betont, dass Straffreiheit nicht verhandelbar sein darf; erinnert daran, dass der Rechtsweg bis zur Verurteilung der für Gewalt gegen Frauen im Krieg Verantwortlichen, häufig zu langwierig ist und die Opfer in eine missliche Lage bringt; fordert daher eine gerechte und für alle gleiche Justiz unter Beachtung vernünftiger Fristen und der Würde von Frauen, die Opfer
...[+++] von Kriegen werden;