18. neemt kennis van de herhaalde opmerking van de Rekenkamer over de validiteit van de statistische aanpak van de Commissie voor de schatting van de voorziening voor de in de verslagperiode gemaakte kosten waarvoor aan het eind van het begrotingsjaar nog geen facturen zijn ontvangen; neemt er eveneens kennis van dat deze voorziening 2 087 miljoen euro bedraagt, of 83% van de totale passiva (punt 17 van het jaarverslag over de EOF's); verzoekt de Commissie haar aanpak te blijven verfijnen en verbeteren;
18. nimmt die erneute Bemerkung des Hofs betreffend die Stichhaltigkeit des von der Kommission herangezogenen statistischen Ansatzes zur Schätzung der Rückstellung für die im Berichtszeitraum entstandenen Kosten, zu denen bis Jahresende noch keine Rechnungen eingegangen sind, zur Kenntnis; stellt ferner fest, dass sich diese Rückstellung auf 2 087 Millionen Euro bzw. 83 % der Gesamtverbindlichkeiten beläuft (Ziffer 17 des Jahresberichts über die EEF); fordert die Kommission auf, ihren Ansatz weiter zu verfeinern und zu verbessern;