„Onverminderd het bepaalde in artikel 1, lid 5, schrijven de lidstaten niet voor dat, wanneer kre
dietvorderingen als financiële zekerheid worden verschaft, het bestaan, de geldigheid, de volledigheid, de graad van voorrang, de afdwingbaarheid of de toelaatbaarheid als bewijs van de financiële
zekerheid van deze kredietvorderingen afhangt va
n het vervullen van enige formaliteit zoals registratie of kennisgeving aan de debiteur van de als
zekerheid verschafte kredietvorderin
...[+++]g.