45. benadrukt dat het beginsel van de invoering van reserves voor flexibiliteit een niet onderhandelbaar onderdeel vormt van het algemene akkoord over de financiële vooruitzichten; is van mening dat het flexibiliteitsniveau nauw verbonden moet zijn aan het algemene maximum van het financiële kader en dat de voor onvoorziene behoeften bestemde middelen:
45. betont, dass der Grundsatz, Reserven für Flexibilität zu schaffen, ein nicht verhandelbarer Bestandteil der Gesamtvereinbarung über den Finanzrahmen ist; ist der Ansicht, dass das Ausmaß der Flexibilität in engem Zusammenhang mit der Gesamtobergrenze des Finanzrahmens stehen sollte und dass die für unvorhergesehene Erfordernisse bestimmten Beträge: