14. dringt er bij de Raad op aan een gezamenlijk beleid te formuleren met betrekking tot Rusland, zodat de 28 lidstaten en de instellingen van de EU een krachtig gemeenschappelijk standpunt inzake mensenrechten kunnen uitdragen in de betrekkingen met Rusland, en kunnen aandringen op het beëindigen van de beperking van de vrijheid van meningsuiting, vergadering en vereniging in Rusland; verzoekt om dit gemeenschappelijke standpunt te formuleren in de conclusies van de Raad buitenlandse zaken van de EU;
14. fordert den Rat auf, eine einheitliche Politik gegenüber Russland zu entwickeln, auf deren Grundlage die 28 EU-Mitgliedstaaten und die Organe der EU dazu verpflichtet sind, eine deutliche gemeinsame Position dazu zu vertreten, welche Rolle die Menschenrechte in den Beziehungen zwischen der EU und Russland spielen und dass das scharfe Vorgehen gegen die freie Meinungsäußerung, die Versammlungs- und die Vereinigungsfreiheit in Russland beendet werden muss; fordert, dass diese gemeinsame Position in den Schlussfolgerungen des Rates „Auswärtige Angelegenheiten“ der EU zum Ausdruck gebracht wird;