21. stelt vast dat in het speciale verslag van de Rekenkamer 1/2005 de bestaande organisatie van OLAF ten aanzien van de onafhankelijkheid van het onderzoek enerzijds en van de administratieve samenwerking van OLAF met de Commissie anderzijds, als goed functionerend wordt aangemerkt; en dat met name in dit verslag wordt vastgesteld dat de onafhankelijkheid in de praktijk gegarandeerd was, aangezien de Commissie zich niet heeft gemengd in de werkzaamheden van OLAF;
21. stellt fest, dass die derzeitige Organisation von OLAF hinsichtlich der Unabhängigkeit von Ermittlungstätigkeiten einerseits und der administrativen Zusammenarbeit von OLAF mit der Kommission andererseits im Sonderbericht des Rechnungshofes Nr. 1/2005 als gut funktionierend bezeichnet wurde, und dass in diesem Bericht insbesondere festgestellt wurde, dass die Unabhängigkeit in der Praxis tatsächlich gewährleistet war, da die Kommission sich nicht in die Arbeit von OLAF eingemischt hatte;